Advertenties
Bestuurder hulpsysteem
Waarschuwingsmethoden
De waarschuwingsmethoden kunnen met
de motor aan worden ingesteld. Selecteer
Warning Methods in het instellingenme-
nu in het instrumentenpaneel of Settings
Methods in het instellingenmenu van het
infotainmentsysteem om de volgende
instellingen te wijzigen:
• Waarschuwingsvolume: Past het volu-
me van het waarschuwingssignaal aan.
• Prioriteit rijveiligheid: Verlaagt alle
andere audiovolumes wanneer het
Driving Safety-systeem een waar-
schuwing geeft. (voor type infotain-
mentsysteem)
Informatie
• Als u de waarschuwingsmethoden wij-
zigt, kan dit op elke functie van het
bestuurdersassistentiesysteem worden
toegepast. Controleer en wijzig dit in
elke functie.
• Als de auto opnieuw wordt gestart,
wordt de laatste instelling van de waar-
schuwingsmethode gehandhaafd.
• Het instelmenu bestaat mogelijk niet,
afhankelijk van de voertuigspecificatie.
7-40
Werking van Blind-Spot
Collision Warning
Blind-Spot Collision Warning waarschuwt
u door de volgende acties:
• Waarschuwing voertuig in dodehoek
• Collision warning
Waarschuwing voertuig in
dodehoek
OBC3073205L
OBC3073205L
Om de bestuurder te waarschuwen dat
een voertuig wordt gedetecteerd, gaat
het waarschuwingslampje op de buiten-
spiegel branden.
• De
werkt wanneer de snelheid van uw
auto hoger is dan 20 km/u en de snel-
heid van de auto in de dodehoekzone
hoger is dan 10 km/u.
voertuigdetectiewaarschuwing
OPDEN060039
OPDEN060039
Advertenties
