Rijden met uw auto
Terugschakelen
Wanneer u in druk verkeer of tijdens het
rijden op steile hellingen moet vertragen,
schakel dan terug voordat de motor begint
te werken. Het terugschakelen vermindert
de kans op afslaan en geeft een betere
acceleratie wanneer u uw snelheid weer
moet verhogen. Wanneer de auto van stei-
le hellingen afdaalt, helpt het terugscha-
kelen om een veilige snelheid te behou-
den en de levensduur van de remmen te
verlengen.
Goed rijgedrag
• Laat de auto nooit in zijn vrij een helling
af rijden. Dit is bijzonder gevaarlijk.
Laat het voertuig altijd in de versnelling
staan.
• Houd het rempedaal niet langdurig
achter elkaar ingetrapt. Dit kan leiden
tot oververhitting en slechte werking.
Schakel bij het afrijden van een lange
helling in plaats daarvan terug naar
een lagere versnelling. Wanneer u dit
doet, zal het afremmen op de motor
het voertuig helpen vertragen.
• Vertraag de snelheid voordat u terug-
schakelt. Hiermee voorkomt u dat de
motor met een te hoog toerental gaat
draaien, hetgeen schadelijk kan zijn
voor de motor.
• Verlaag uw snelheid ook als u gecon-
fronteerd wordt met zijwind. Dan kunt
u de auto beter onder controle houden.
• Zorg ervoor dat de auto volledig tot
stilstand is gekomen voordat stand R
(Achteruit) of D (Rijden) wordt inge-
schakeld. De transmissie kan bescha-
digd raken als u dat niet doet.
• Wees vooral voorzichtig bij het rijden
op een gladde ondergrond. Let in dat
geval vooral op bij het remmen, gasge-
ven en schakelen. Op een glad wegdek
kan een abrupte snelheidsverandering
leiden tot verlies van grip van de aan-
gedreven velgen, waardoor u de con-
trole over uw auto kunt verliezen.
6-18
WAARSCHUWING
• Altijd de gordels vast! Bij een aanrijding
lopen inzittenden die hun veiligheids-
gordel niet dragen een veel grotere
kans op ernstig letsel dan inzittenden
die hun veiligheidsgordel wel dragen.
• Pas uw snelheid aan voordat u een
bocht aansnijdt of gaat keren.
• Maak geen plotselinge stuurbewegin-
gen bij het wisselen van rijbaan of bij
het nemen van snelle, scherpe boch-
ten.
• De kans dat de auto over de kop slaat
wanneer u de macht over het stuur
verliest, is veel groter bij hogere snel-
heden.
• Meestal verliest de bestuurder de
macht over de auto wanneer twee of
meer velgen van de weg raken en de
bestuurder het stuur omgooit om de
auto weer de weg op te sturen.
• Gooi het stuur niet om wanneer uw
auto van de weg raakt. Minder in plaats
daarvan snelheid voordat u de auto
terug de weg op stuurt.
• Overschrijd nooit de aangegeven snel-
heidslimieten.