Rijden met uw auto
REMSYSTEEM
Rembekrachtiging
Uw auto is voorzien van bekrachtigde rem-
men die bij normaal gebruik automatisch
afgesteld worden.
Als de motor tijdens het rijden niet loopt,
of uitgeschakeld is, dan zal de vermogen-
sassistentie voor de remmen niet werken.
U kunt uw auto wel tot stilstand bren-
gen door een grotere pedaalkracht uit
te oefenen dan normaal. Geblokkeerde
wielen zijn onbestuurbaar en de remweg
is langer.
Als de motor niet draait, wordt de mate
van bekrachtiging steeds minder naarma-
te u vaker het rempedaal indrukt. Als de
rembekrachtiging uitvalt, probeer dan niet
"pompend" te remmen.
Rem alleen "pompend" als de wielen drei-
gen te blokkeren.
i
Informatie
• Wanneer het rempedaal onder bepaalde
rij- of weersomstandigheden wordt inge-
trapt, kunt u tijdelijk een geluid horen.
Dit is normaal en duidt niet op een pro-
bleem met de remmen.
• Tijdens het rijden op een weg met strooi-
middelen kunnen remgeluiden of abnor-
male bandenslijtage optreden als gevolg
van ontdooimiddelen. Gebruik bij veilige
verkeerssituaties bovendien de remmen
om de ontdooimiddelen op de remschij-
ven en remblokken te verwijderen.
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatrege-
len:
• Laat tijdens het rijden uw voet niet
op het rempedaal rusten. Hierdoor
kan de temperatuur van de remmen
abnormaal hoog worden, kunnen de
remblokken en -schoenen overmatig
slijten en kan de remweg vergroot wor-
den.
6-34
• Schakel bij het afdalen van een lange
of steile helling terug naar een lagere
versnelling om uw snelheid onder con-
trole te houden zonder het rempedaal
overmatig te gebruiken. Door langdu-
rig achter elkaar te remmen, zullen de
remmen oververhit raken en kan een
tijdelijk verlies van remprestaties het
gevolg zijn.
• Als de remmen nat zijn, remt de auto
minder dan normaal en kan de auto
naar één kant trekken tijdens het rem-
men. Door het rempedaal licht in te
trappen, kunt u controleren of het rem-
vermogen door het nat worden is ver-
minderd. Controleer uw remmen altijd
op deze manier nadat u door water-
plassen bent gereden. Druk voor het
drogen van de remmen het rempedaal
licht in terwijl u met een lage snelheid
rijdt, totdat het remvermogen weer
op het normale niveau is. Vermijd het
rijden op hoge snelheid totdat de rem-
men weer correct werken.
Remblokslijtage-indicatoren
Wanneer de remblokken vóór of achter
versleten zijn, hoort u als waarschuwing
een piepend geluid van de remmen. Dit
geluid kan af en toe hoorbaar zijn of op het
moment dat u het rempedaal intrapt.
AANWIJZING
Blijf, om kostbare reparaties aan de rem-
men te voorkomen, niet rijden met ver-
sleten remblokken.
i
Informatie
Vervang de remblokken van één as altijd
gelijktijdig.