Bediening en weergave in
het infotainmentsysteem
Inleiding tot thema
Het infotainmentsysteem brengt belangrijke
functies en systemen van de wagen in een
enkele centrale bediening samen, bijv. airco,
menu-instellingen, radio- of navigatiesysteem.
Het aantal beschikbare menu's en de bena-
ming van de verschillende opties voor de me-
nu's hangt af van de elektronica en de uitrusting
van de wagen.
Algemene informatie over de bediening
Algemene informatie over de bediening van
het infotainmentsysteem en over de waarschu-
wings- en veiligheidsmeldingen waarmee reke-
ning moet worden gehouden is te vinden in
›››
pag.
271.
Navigeren door de verschillende menu's en
ze selecteren
●
Schakel het contact in.
●
Indien het is uitgeschakeld, zet dan het info-
tainmentsysteem aan.
●
De selectie van de verschillende menu's ge-
beurt rechtstreeks op het aanraakscherm door
middel van teksten, pictogrammen of toetsen.
Indien het vakje aangevinkt is
actief.
Bediening en weergave in het infotainmentsysteem
Informatie voor de bestuurder
Door te drukken op de menutoets
tijd het laatst actieve menu opgeroepen.
Wijzigingen uitgevoerd aan de instellingsmenu's
worden automatisch bewaard na het sluiten
van de menu's.
Schuifbalk: sommige menu's en functies tonen
meer inhoud boven of onder hetgeen op dat
moment verschijnt op het scherm, bijvoorbeeld
lange lijsten van instellingen. Klik op de schuif-
balk en trek hem naar boven of onderen.
Tutorial
De eerste maal dat het infotainmentsysteem
wordt ingeschakeld wordt een tutorial van het
systeem geopend, met een korte beschrijving
van de belangrijkste functies en de gebruiks-
wijze.
Help
In het menu Help vindt u bijkomende informa-
tie en tips voor gebruik van het infotainmentsys-
teem.
WAARSCHUWING
Iedere afleiding kan tot een ongeval leiden
met het daaraan verbonden risico van ver-
wondingen. Het bedienen van het infotain-
mentsysteem kan u van het verkeer afleiden.
, is de functie
wordt al-
Let op
Nadat u de motor hebt gestart met volledig
lege of recent vervangen 12 volt-accu, kun-
nen een aantal instellingen van het systeem
(zoals de tijd, datum, gepersonaliseerde
comfortinstellingen en programmeringen) en
de gebruikersaccounts slecht afgesteld of
gewist zijn. Controleer en corrigeer die in-
stellingen wanneer de accu voldoende is op-
geladen.
35