Een aanhangwagen aankoppelen en
aansluiten
Afb. 209
Schematische weergave: toewijzing
van de pinnen van het stopcontact voor de
aanhangwagen.
Pin
Betekenis
1
Linker knipperlicht
2
Achterste mistlicht
3
Massa voor pinnen 1, 2, 4, 5, 6, 7 en 8
4
Rechter knipperlicht
5
Rechterachterlicht
6
Remlicht
7
Linkerachterlicht
8
Achteruitrijlicht
9
Continu plus
10
Positieve laadkabel
11
Massa voor pin 10
Rijden met aanhangwagen
Bagage opbergen
Pin
Betekenis
12
Zonder functie
13
Massa voor pin 9
Stopcontact voor aanhangwagen
Voor de verbinding tussen de wagen en de
aanhangwagen beschikt de wagen over een
13-polig stopcontact. Met draaiende motor ont-
vangen de verbruikers van de aanhangwagen
spanning via de elektrische aansluiting (pin 9
en pin 10 van het stopcontact voor de aan-
hangwagen).
Indien het systeem vaststelt dat een aanhang-
wagen is aangesloten, ontvangen de verbrui-
kers van de aanhangwagen elektriciteit via de
aansluiting (pin 9 en pin 10). Pin 9 is continu
plus. De binnenverlichting van de aanhangwa-
gen kan er bijvoorbeeld mee worden gevoed.
De verbruikers zoals bijvoorbeeld de koelkast
van een caravan ontvangen enkel spanning in-
dien de motor draait (via pin 10).
Om het elektrische systeem niet te overbelas-
ten, is het niet toegestaan om de massakabels
pin 3, pin 11 en pin 13 onderling te verbinden.
Wanneer de aanhangwagen een 7-polige ste-
ker heeft, moet u een bijbehorende adapterka-
bel gebruiken. In dat geval is de functie van pin
10 niet beschikbaar.
Sleepkabel
De kabel van de aanhangwagen moet altijd
goed vastgemaakt zijn aan het trekkende voer-
tuig en met voldoende speling om probleem-
loos bochten te kunnen nemen. Houd er echter
wel rekening mee dat de kabel tijdens het rijden
de grond niet mag raken.
Achterlichten van de aanhangwagen
Zorg ervoor dat de achterlichten van de
aanhangwagen correct functioneren en aan
de geldende wettelijke voorschriften voldoen.
Controleer of de maximale vermogensopname
van de aanhangwagen niet wordt overschre-
›››
den
pag.
321.
Opnemen in alarmsysteem
De aanhangwagen is inbegrepen in het alarm-
systeem indien is voldaan aan de onder-
staande voorwaarden:
●
Indien de wagen af fabriek is uitgerust met
alarmsysteem.
●
Indien de wagen af fabriek is uitgerust met
trekhaak.
●
Indien de aanhangwagen elektrisch is aan-
gesloten op het trekkende voertuig met het
stopcontact voor aanhangwagen.
●
Indien het elektrische systeem van de wagen
en aanhangwagen in perfecte staat zijn, zonder
storingen of schade.
●
Indien de wagen werd vergrendeld met de
sleutel en het alarmsysteem actief is.
323