Geselecteerd afstandsniveau 2.
2
Deze informatie kan op het centrale paneel van
de weergave Hulpsystemen of in het linker
›››
informatieprofiel
pag. 17
worden getoond.
Indien deze weergaven niet worden geselec-
teerd, wordt automatisch een vereenvoudigde
versie onderaan in het midden van het instru-
mentenpaneel getoond.
Naast de indicator van de staat van de functie
wordt de geprogrammeerde snelheid getoond.
Inschakelen
●
Druk op de toets
van het multifunctiestuur-
›››
wiel
afb.
140.
De ACC regelt nog niet (stand-by).
De regeling starten
Door inschakeling van het ACC-systeem wor-
den ook de ESC en tractiecontrole (TCS) auto-
matisch ingeschakeld.
●
Om de regeling te starten, drukt u op de toets
›››
afb.
140.
De ACC stelt de huidige snelheid of snelheid
die het dichtst bij het geldige bereik (30-210
km/u) ligt in als kruissnelheid.
Wagens met automatische versnellingsbak: de
versnellingshendel moet in stand D, S of M
staan.
Automatische afstandsregeling (ACC – Adaptive Cruise Control)
Systemen ter ondersteuning van de bestuurder
Wagens met schakelbak: de versnellingshendel
mag niet in eerste of achteruitversnelling staan,
en de snelheid moet hoger zijn dan ongeveer
30 km/u (18 mpu).
Naargelang de rijsituatie gaan de volgende
controlelampjes branden:
Gaat groen branden
ACC ingeschakeld, er wordt geen voor-
ligger gedetecteerd.
Gaat groen branden
ACC ingeschakeld, voorligger gedetec-
teerd.
Wanneer de ACC in stand-by is, gaan de con-
trolelampjes grijs branden.
Snelheid opslaan
Om de snelheid te programmeren, drukt u op
›››
de knop of
snelheid. Het instellen van de snelheid gebeurt
in stappen van 10 km/u (5 mpu).
Met actieve ACC kunt u drukken op de toets
om de gewenste snelheid te verhogen in
stappen van 1 km/u (1 mpu). U kunt vervolgens
drukken op
om de snelheid te verlagen in
stappen van 1 km/u (1 mpu).
Afstandsniveau instellen
U kunt de afstand instellen in 5 niveaus, van
zeer klein tot zeer groot:
afb. 140
tot de gewenste
●
Druk op de toets
en vervolgens op de toets
›››
of
afb.
140.
●
Als alternatief kunt u meermaals drukken op
de toets
tot de gewenste afstand is ingesteld.
Houd rekening met de wettelijke voorschriften
inzake de minimale veiligheidsafstand van elk
land.
De regeling onderbreken (stand-by)
›››
●
Druk kort op de toets
afb. 140
het rempedaal in.
Het ACC-controlelampje wordt grijs getoond;
de snelheid en afstand worden opgeslagen.
Indien de ESC of TCS wordt uitgeschakeld,
wordt de regeling van ACC automatisch onder-
broken.
De regeling hervatten
●
Druk op de toets
. De ACC regelt met de
laatst ingestelde snelheid en afstand.
●
OF: druk op de toets
om te regelen met de
actuele snelheid.
Uitschakelen
●
Druk langdurig op de toets
. De ingestelde
snelheid wordt gewist.
of trap
199