De functie werkt vanaf 80 km/u (50 mpu). In
bepaalde landen is ze mogelijk niet beschik-
baar.
Inhalen
Bij het inschakelen van het knipperlicht om in
te halen vermindert de ACC de afstand tot de
voorligger. De vastgelegde kruissnelheid wordt
niet overschreden.
De functie werkt vanaf 80 km/u (50 mpu). In
bepaalde landen is ze mogelijk niet beschik-
baar.
Stop&Go-functie
Geldig voor wagens met automatische versnel-
lingsbak
De ACC kan de wagen remmen tot volledige
stilstand wanneer de voorligger stopt.
De ACC blijft actief en toont gedurende enkele
seconden het bericht ACC gereed om te
starten op het instrumentenpaneel. U kunt
deze melding verlengen of opnieuw activeren
door te drukken op de knop
of door het
stuur vast te nemen indien de wagen is uitgerust
met Travel Assist. Gedurende deze tijd wordt het
rijden automatisch hervat indien de voorligger
opnieuw in beweging komt.
Om weg te rijden wanneer het bericht ACC ge-
reed om te starten niet langer wordt ge-
toond, nadat de voorligger in beweging is geko-
men:
Automatische afstandsregeling (ACC – Adaptive Cruise Control)
Systemen ter ondersteuning van de bestuurder
●
Trap kort het gaspedaal in.
●
OF: druk op de toets
stuurwiel.
De ACC kan worden uitgeschakeld in de onder-
staande gevallen:
●
De stopfase duurt verscheidene minuten.
●
Een portier wordt geopend.
WAARSCHUWING
Indien op het scherm van het instrumenten-
paneel het bericht
starten
verschijnt en de voorligger komt in
beweging, dan rijdt de wagen automatisch
weg. In dat geval worden obstakels op de
weg mogelijk niet gedetecteerd. Dit kan on-
gevallen en ernstige letsels tot gevolg heb-
ben.
●
Let steeds op de weg voordat u begint te
rijden en rem indien nodig zelf.
van het multifunctie-
ACC gereed om te
Beperkingen van het ACC-systeem
Afb. 142
Wagen in een bocht.
die voor u rijdt, buiten de actieradius van de
radarsensor.
Motorrijder
201