Rijprofielen (SEAT Drive
Profile)
Inleiding tot thema
Met behulp van de rijprofielen kan de bestuur-
der verschillende kenmerken van de wagensys-
temen aanpassen aan de rijsituatie op dat mo-
ment, het gewenste schakelcomfort en een zui-
nige rijstijl. Een aantal systemen die kunnen
worden aangepast zijn de ophanging, stuurin-
richting, motor en airconditioning.
Naargelang de uitrusting van de wagen kunnen
diverse rijprofielen worden gekozen. De mate
van invloed van de wagensystemen in de ver-
schillende rijprofielen hangt af van de uitrusting
van de wagen.
Motor
Naargelang het gekozen profiel reageert de
motor sneller of zachter bij het intrappen van
het gaspedaal. Bij het selecteren van het Eco-
profiel wordt de start-stopfunctie geactiveerd.
In wagens met automatische versnellingsbak
wordt het moment van schakelen zodanig aan-
gepast dat het bij lagere of hogere toerentallen
komt te liggen. In Eco-profiel wordt gebruikge-
maakt van de inertie om het brandstofverbruik
te verlagen. De overige rijprofielen maken ge-
bruik van de inertie wanneer de schakelknop
niet in stand S staat en naargelang hoe het
›››
gaspedaal wordt losgelaten
Rijprofielen (SEAT Drive Profile)
neer de auto opnieuw wordt gestart, wordt de
functie standaard geactiveerd om het verbruik
te verminderen.
Bij een schakelbak past het ECO-profiel de
aanbevelingen om te schakelen aan, om de be-
stuurder ertoe aan te zetten zuiniger te gaan
rijden.
Adaptieve onderstelregeling DCC
De DCC past de demping van de ophanging
continue aan de kenmerken van het wegdek en
de rijsituatie (snelheid, versnelling en hoek van
het stuurwiel) aan volgens het gekozen rijpro-
fiel. Bij een storing in de DCC verschijnt op het
display van het instrumentenpaneel het bericht:
Storing: instelling van de demping.
Stuur
De stuurbekrachtiging wijzigt haar werking en
past zich aan het geselecteerde profiel aan,
waardoor een beter gedrag voor elke situatie
mogelijk wordt gemaakt.
Airconditioning
De Climatronic kan in de Eco-stand op een la-
ger verbruik werken.
Automatische afstandsregeling (ACC)
De werking van de ACC varieert naargelang
het rijprofiel, om een sportievere of zuinigere
snelheidsaanpassing mogelijk te maken.
pag.
176. Wan-
Rijden
Elektronische stabiliseringscontrole (ESC)
In de rijprofielen Offroad en Snow past de ESC
zich aan volgens de kenmerken van het terrein.
PreCrash-systeem
Het PreCrash-systeem past zich aan volgens
de geselecteerde configuratie
De Sport- en Offroad-rijprofielen hebben spe-
cifieke instellingen die zijn afgestemd op de
kenmerken van het rijgedrag en het terrein.
Bergafdaalhulp
Dit hulpsysteem kan worden in- en uitgescha-
keld in het Offroad-profiel. De bergafdaalhulp
beperkt de snelheid bij steile hellingen door au-
tomatisch de vier wielen te remmen, zowel bij
vooruit- als bij achteruitrijden.
Starthulp op hellingen
Dit hulpsysteem kan worden in- en uitgescha-
keld in het Offroad-profiel.
Inparkeersysteem
Het inparkeersysteem kan worden uitgescha-
keld in het Offroad-profiel, om meldingen bij
het rijden op onverharde wegen te vermijden.
›››
pag.
50.
181