WAARSCHUWING
Ondanks het systeem moet de bestuurder te
allen tijde opmerkzaam blijven.
●
De snelheid en de rijstijl aanpassen aan
het zicht, het weer, het wegdek en het ver-
keer.
●
Verkeersborden en -voorschriften hebben
voorrang op de tips voor eco-efficiënt rijden.
Let op
● Het uiterlijk van de symbolen kan licht va-
riëren naargelang de uitrusting en het model.
Bij een update van het systeem kunnen de
symbolen worden gewijzigd of uitgebreid.
● Wanneer het systeem actief is, kan het
hulpsysteem voor eco-efficiënt rijden ook de
recuperatie vergroten zonder dat een aan-
wijzing verschijnt. Dit kan bijvoorbeeld ge-
beuren indien u het gaspedaal loslaat bij een
voorligger. In dat geval wordt de energiere-
cuperatie aangepast aan de voorligger zon-
der dat een indicatie wordt getoond.
Tijd en datum
Tijd instellen in het infotainmentsysteem
●
Druk op
>
Instellingen
●
Selecteer de menu-optie Tijd en datum.
32
Informatie voor de bestuurder
Menu Service
In het menu Service kunnen diverse instellingen
plaatsvinden afhankelijk van de uitvoering.
Menu Service openen
Selecteer het informatieprofiel Actieradius
binnen het menu Rijgegevens en houd de toets
van het multifunctiestuurwiel gedurende on-
geveer 4 seconden ingedrukt; wanneer u de
toets loslaat, verschijnt het menu Service.
Nu kunt u op de gebruikelijke manier navigeren
door het menu met de toetsen van het multi-
functiestuurwiel.
Service-intervalindicatie terugzetten
Selecteer het menu Service en volg de aan-
wijzingen op het display van het instrumenten-
paneel.
Olieservice terugzetten
Selecteer het menu Terugzetten olieser-
vice en volg de aanwijzingen op het display
van het instrumentenpaneel.
Motorcode (LDM)
Selecteer het menu Motorcodes. De motor-
›››
pag.
35.
code wordt links onderaan op het display in het
instrumentenpaneel weergegeven.
Onderhoudsintervallen
De service-intervalindicatie wordt weergege-
ven in het instrumentenpaneel en infotainment-
systeem.
Er zijn verschillende versies van instrumen-
tenpanelen en infotainmentsystemen, daarom
kunnen ook de versies en aanwijzingen van de
schermen variëren.
Bij SEAT wordt een onderscheid gemaakt tus-
sen servicebeurten met motorolieverversing
(bijv. olieservice) en servicebeurten zonder mo-
torolieverversing (bijv. inspectie).
In wagens met Service volgens de tijd of de
kilometerstand zijn de service-intervallen al
vooraf ingesteld.
In wagens met LongLife Service worden de in-
tervallen afzonderlijk bepaald. Dankzij de tech-
nische vooruitgang is het onderhoudswerk aan-
zienlijk verminderd. De olie hoeft enkel ververst
te worden wanneer de wagen dit nodig heeft.
Om deze verversing te berekenen (max. 2 jaar),
wordt rekening gehouden met de gebruiksom-
standigheden van de wagen en de persoon-
lijke rijstijl. De aankondiging van de service ver-
schijnt voor het eerst 20 dagen voor de bere-
kende datum voor de overeenkomstige service.
De nog resterende kilometers worden steeds
op 100 km afgerond en de tijd op volledige
dagen. Het actuele servicebericht kan niet ge-
raadpleegd worden tot 500 km na de laatste
service. Tot dan verschijnen enkel streepjes op
de indicator.