Het roetfilter filtert vrijwel alle roetdeeltjes uit de
uitlaatgassen uit. Tijdens normaal rijden wordt
het filter vanzelf gereinigd. Indien het filter niet
vanzelf wordt gereinigd (bijv. er worden voort-
durend korte trajecten afgelegd), raakt het ver-
stopt met roet en verschijnt de volgende aan-
wijzing voor de bestuurder:
Roetfilter: wordt gereinigd tij-
dens het rijden. Zie instructie-
boekje.
Het roetfilter moet gereinigd worden (regenera-
tie).
Regeneratie van het roetfilter in benzine- en
dieselmotor
1)
Voorwaarde voor regeneratietraject: de motor
is op bedrijfstemperatuur.
●
Rijd met een snelheid tussen 50-120 km/u
(31-75 mpu). Zo verhoogt de temperatuur en
wordt het roet in het filter verbrand
339.
●
Houd rekening met de snelheidsbeperkingen
en aanbevolen versnellingen.
●
Beëindig het regeneratietraject zodra het
controlelampje uitgaat.
Indien het lampje blijft branden na 30 minuten
rijden in regeneratiemodus, laat de storing dan
repareren in een gespecialiseerde werkplaats.
1)
Behalve benzinemotoren 2.0l en 2.5l TSI.
Motorregeling en uitlaatgasreinigingssysteem
Brandstof en reiniging van uitlaatgassen
Regeneratie van het roetfilter (enkel voor
benzinemotoren 2.0l en 2.5l TSI)
Voorwaarde voor regeneratietraject: de motor
is op bedrijfstemperatuur.
●
Rijd met een snelheid van ten minste 80 km/u
›››
pag.
339.
●
Haal dan enkele seconden uw voet volledig
van het gaspedaal om de wagen met inge-
schakelde versnelling uit te laten rollen.
●
Houd rekening met de snelheidsbeperkingen
en aanbevolen versnellingen.
●
Herhaal deze handeling (accelereren en uit-
rollen) tot het controlelampje uitgaat.
Bij dit proces wordt het roetfilter zelfstandig ge-
reinigd, hetgeen enige tijd kan duren.
Mocht het controlelampje niet uitgaan, ga
dan naar de werkplaats van een officiële werk-
plaats en laat het defect herstellen.
›››
pag.
WAARSCHUWING
Pas uw snelheid steeds aan de omstandig-
heden van het weer, de weg, het terrein en
het verkeer aan indien het roetfilter zich in
fase van regeneratie bevindt. Ondanks de
rijaanbevelingen dient u altijd de verkeers-
voorschriften van het land in kwestie in acht
te nemen.
LET OP
●
Als het uitlaatsysteem detecteert dat het
roetfilter bijna verzadigd is, beveelt de func-
tie van zelfreiniging van dat systeem de opti-
male versnelling voor die functie aan.
●
Door de hoge temperaturen waartoe de re-
generatie van het roetfilter aanleiding geeft,
kan na het stilzetten van de motor de koel-
luchtventilator in werking treden (zelfs als de
bedrijfstemperatuur van de motor nog niet
bereikt is).
●
Tijdens de regeneratie kunnen geluiden,
geuren en hoge stationaire toerentallen op-
treden.
●
Om de levensduur van het roetfilter niet te
verkorten, moet u steeds geschikte motorolie
en de juiste brandstof gebruiken. Vermijd ook
constante korte trajecten.
Oplossing van problemen
Storing in het uitlaatgascontrolesys-
teem
Het controlelampje gaat geel branden.
Snelheid minderen en voorzichtig naar de
dichtstbijzijnde gespecialiseerde werkplaats rij-
den en de motor laten controleren.
339