Controleer regelmatig het ruitensproeiervloei-
stofpeil en vul dit zo nodig bij.
Het ruitensproeiervloeistofreservoir bevat reini-
gingsvloeistof voor de voorruit en achterruit.
In de vulmond van het ruitensproeiervloeistof-
reservoir zit een zeef. Bij het vullen van het re-
servoir houdt de zeef de grote vuildeeltjes te-
gen, zodat ze de sproeiers niet kunnen bereiken.
Haal de zeef enkel weg om ze te reinigen. Indien
de zeef beschadigd is of niet is ingebouwd, kun-
nen er vuildeeltjes terechtkomen in het systeem
tijdens het vullen en de ruitensproeiers verstop-
pen.
›››
●
Motorkap openen
●
Het ruitensproeiervloeistofreservoir is herken-
baar aan het symbool
●
Controleer of er voldoende vloeistof in het
reservoir zit.
Schoon water is niet voldoende om de ruiten
goed te reinigen. Daarom adviseren wij altijd
een ruitenreiniger aan het water toe te voegen.
Aanbevolen ruitenwissers
●
Voor de warmere jaargetijden adviseren wij
G 052 184 A1, voor heldere ruiten in de zomer.
Mengverhoudingen in het waterreservoir: 1:100
(1 deel concentraat op 100 delen water).
●
Voor het gehele jaar rond, G 052 164 A2 voor
heldere ruiten. Mengverhouding bij benadering
voor de winter, tot -18°C (0°F): 1:2 (1 deel con-
centraat op 2 delen water); anders 1:4 in het
waterreservoir.
362
De inhoud van het ruitensproeiervloeistofreser-
voir is ongeveer 3 liter.
LET OP
Als de vloeistof voor de ruitensproeiers niet
voldoende antivries bevat, kan dit op de
voorruit en achterruit bevriezen en het zicht
vooraan en achteraan beperken.
●
Gebruik in de winter alleen ruitensproeiers
met voldoende antivries.
●
Gebruik de ruitensproeierinstallatie niet bij
winterse temperaturen zonder eerst de voor-
ruit met het ventilatiesysteem te verwarmen.
De antivries kan op de voorruit bevriezen en
op pag.
354.
zo het zicht bemoeilijken.
op de dop.
LET OP
Nooit antivries of andere soortgelijke toevoe-
gingen aan de vloeistof in het ruitensproei-
ervloeistofreservoir toevoegen. Dit kan een
vettige laag op het glas achterlaten die het
zicht belemmert.
●
Schoon water met een door SEAT aanbe-
volen glasreiniger gebruiken.
●
Indien nodig, een geschikte antivries aan
de vloeistof in het ruitensproeiervloeistofre-
servoir toevoegen.
Controleren en bijvullen
LET OP
●
Nooit door SEAT aanbevolen reinigingsmid-
delen met andere reinigingsmiddelen men-
gen. De onderdelen kunnen gaan vlokken
waardoor de ruitenwissersproeiers verstopt
kunnen raken.
●
In geen geval de werkzame vloeistoffen tij-
dens het vullen niet verwisselen. Anders kun-
nen ernstige storingen het gevolg zijn!
●
De afwezigheid van ruitensproeiervloeistof
leidt tot een beperking van het zicht door de
voorruit.
Motorolie
Algemene aanwijzingen
Afb. 239
In de motorruimte: etiket van
motorolie