Centrale vergrendeling
Inleiding tot thema
De centrale vergrendeling werkt correct
wanneer alle portieren en de achterklep vol-
ledig gesloten zijn. Als het bestuurdersportier
geopend is, kan de wagen niet met de auto-
sleutel worden vergrendeld.
Als een ontgrendelde wagen gedurende lan-
gere tijd geparkeerd staat (bijvoorbeeld in
een garage), is het mogelijk dat de accu van
de wagen zich ontlaadt en de motor niet ge-
start kan worden.
ATTENTIE
Onjuist gebruik van de centrale vergrende-
ling kan ernstig letsel veroorzaken.
De centrale vergrendeling sluit alle por-
●
tieren af. Als een wagen van binnenuit ver-
grendeld is, kunnen niet-geautoriseerde
personen de portieren van buitenaf de por-
tieren niet openen en zich toegang tot de
wagen verschaffen. In noodgevallen of bij
ongelukken kunnen de vergrendelde por-
tieren echter de toegang tot wagen om de
inzittenden te helpen in de weg staan.
Laat kinderen of hulpbehoevenden nooit
●
alleen achter in de wagen. Met de druk-
knop voor de centrale vergrendeling kun-
nen alle portieren van binnenuit vergren-
deld worden. Hierdoor komen de inzitten-
den in de wagen opgesloten te zitten. Op-
Openen en sluiten
gesloten personen kunnen aan extreem ho-
ge of lage temperaturen blootstaan.
In een afgesloten wagen kan het, afhan-
●
kelijk van het jaargetijde, zo extreem warm
of koud worden dat dit, vooral bij kleine kin-
deren, tot ernstig letsel, ziekte of zelfs de
dood kan leiden.
Laat nooit iemand in een vergrendelde
●
wagen achter. In noodgevallen kan het
voorkomen dat opgesloten inzittenden de
wagen niet zelfstandig kunnen verlaten of
geen hulp kunnen krijgen.
Beschrijving
Met de centrale vergrendeling kunt u alle por-
tieren, de achterklep en de klep van de laad-
aansluiting centraal ont- en vergrendelen:
Van buitenaf met autosleutel
●
Van binnenuit, met drukknop voor centrale
●
›››
vergrendeling
pag.
81.
In een gespecialiseerde werkplaats kunnen
bepaalde functies van de centrale vergren-
deling worden geactiveerd of gedeactiveerd.
Als de autosleutel defect raakt, kunnen de
portieren en achterklep handmatig worden
vergrendeld of ontgrendeld.
Automatisch vergrendelen door onbe-
doeld openen
Dit systeem van diefstalbeveiliging vermijdt
dat de wagen uit vergetelheid open blijft. Bij
het ontgrendelen en als na verloop van 30
seconden geen enkel portier noch de achter-
klep opengaat, wordt de wagen automatisch
weer vergrendeld.
Knipperlichten
Bij het ontgrendelen knipperen de knipper-
lichten tweemaal, bij het vergrendelen een-
maal.
Als deze niet knipperen, is één van de portie-
ren, de achterklep of de motorkap niet geslo-
ten.
Onbedoeld buitensluiten
In de volgende gevallen wordt voorkomen
›››
pag.
80.
dat u uw sleutel in de wagen insluit:
Als het portier aan bestuurderszijde open is,
●
zal de wagen niet vergrendelen zodra op de
toets van de centrale vergrendeling
81
wordt gedrukt.
Vergrendelt u uw wagen pas met de sleutel
met radiografische afstandsbediening zodra
alle portieren en de achterklep zijn gesloten.
U voorkomt daarmee dat u ongewild wordt
buitengesloten.
›››
pag.
»
79