Wagengereedschap
In de bagageruimte: omhooggeklapte
Afb. 27
bekleding.
Onder de afdekking van de laadvloer
Afb. 28
van de bagageruimte: wagengereedschap.
Het wagengereedschap zit in de bagage-
ruimte onder de laadvloerafdekking
27. Ga als volgt te werk om toegang te ver-
krijgen tot het wagengereedschap
101.
Het wagengereedschap bestaat uit de vol-
gende onderdelen:
Schroevendraaier met binnenzeskant in
1
de greep voor het eruit en erin draaien
van de losgedraaide wielbouten
Adapter voor antidiefstalbouten
2
Sleepoog, kan vastgeschroefd worden
3
Haak voor centrale wieldoppen*
4
Wielsleutel
5
Klem voor de doppen van de wielbouten
6
Enkele van de vermelde onderdelen horen al-
leen bij bepaalde uitvoeringen of zijn optio-
neel.
ATTENTIE
Het wagengereedschap en de bandenaf-
dichtset die los zitten kunnen bij bruuske
manoeuvres, plotseling remmen of onge-
vallen hard door het interieur vliegen.
Controleer altijd of het wagengereed-
●
schap en de bandenafdichtset stevig vast-
zitten in de bagageruimte.
ATTENTIE
Ongeschikt of beschadigd wagengereed-
schap kan verwondingen en ongevallen
veroorzaken.
›››
afb.
Werk nooit met verkeerd of beschadigd
●
gereedschap.
›››
pag.
Zelfhulp
Reparatie van banden
Bandenafdichtset TMS (Tyre Mobi-
lity System)*
Dankzij de bandenafdichtset* (Tyre Mobility
System) kan een beschadiging of een lek ver-
oorzaakt door scherpe voorwerpen met een
maximale doorsnede van ca. 4 mm deugde-
lijk worden gerepareerd. Haal het scherpe
voorwerp, bijv. de schroef of spijker, niet uit
de band.
Na het aanbrengen van de afdichtingspasta
op de band, moet u de bandenspanning al-
tijd 10 minuten na het hernieuwd starten con-
troleren.
Gebruik de bandenafdichtset alleen om een
band op te vullen nadat u de wagen op een
veilige plaats hebt geparkeerd en als u ver-
trouwd bent met de nodige werkzaamheden
en veiligheidsvoorschriften én over de juiste
bandenafdichtset beschikt! Roep anders de
hulp van vakmensen in.
Het bandenafdichtmiddel mag niet wor-
den gebruikt:
Bij beschadigingen aan de velg.
●
Voor buitentemperaturen lager dan -20°C
●
(-4°F).
Bij sneden en gaatjes in de band groter dan
●
4 mm.
»
39