gestoken. Wanneer de laadkabel in het stop-
contact wordt gestoken, voert de beveiliging
automatisch een zelfcontrole uit. De waar-
schuwings- en controlelampjes gaan dan
kort aan en na elkaar weer uit. Vervolgens
wordt de huidige werkingstoestand getoond.
Indicatoren van de werking
De controlelampjes die de werking aangeven
gaan groen branden of knipperen.
›››
Indicatie
afb.
Betekenis
158
Laadkabel aangesloten op
brandt
1
elektriciteitsnet.
,
branden,
Hoogspanningsaccu in
1
2
3
a)
knippert
laadfase.
Laadproces beëindigd. De
,
en
bran-
1
2
3
hoogspanningsaccu is op-
den
geladen.
a)
De beschikbare voedingsspanning hangt af van elk
land.
Indicatie bij opwarming van de laadkabel
De laadkabel beschikt over een systeem van
temperatuurbewaking. De temperatuurbewa-
king gaat af indien de laadkabel te warm is,
bijv. door opwarming van de bagageruimte
waar de kabel is opgeborgen of blootstelling
aan intens zonlicht.
188
Advies en actie
Indien nog opgeladen kan worden, gaat
naast een werkingsindicatie ook het rode
›››
waarschuwingslampje
afb. 158
De laadstroom wordt automatisch vermin-
derd. De laadstroom stijgt weer zodra de
laadkabel voldoende is afgekoeld.
Indien het laadproces werd onderbroken
door de beveiliging, gaat de werkingsindica-
tie uit en een groen waarschuwingslampje
knippert. Het rode waarschuwingslampje
knippert. Trek de laadkabel uit en laat hem
afkoelen. Indien de fout zich nogmaals voor-
doet, ga dan naar een gespecialiseerde
werkplaats.
De laadstroom beperken
De laadkabel beperkt de laadstroom naar-
gelang de aanwezige elektrische voeding. De
maximale laadstroom kan 6, 8 of 10 A zijn, af-
hankelijk van het stopcontact van het land in
kwestie.
Met de regeling van de acculading kan een
beperkte of maximale laadstroom worden
geselecteerd.
Foutindicaties
Indien het waarschuwingslampje
knippert of brandt zonder dat de werkingsin-
dicatie
,
of
blijft branden, betekent
1
2
3
dit dat er zich een fout heeft voorgedaan. Het
laadproces wordt onderbroken of geannu-
leerd. Raadpleeg de foutindictie en ga zo no-
dig naar een gespecialiseerde werkplaats.
knipperen.
›››
Indicatie
afb.
158
knippert,
1
4
brandt of knippert
knippert,
2
4
brandt of knippert
knippert,
3
4
brandt of knippert
VOORZICHTIG
Voordat u naar het buitenland reist, dient u
zich te informeren over de geschikte laad-
kabel en de maximaal toegestane laad-
stroom. Gebruik zo mogelijk de laadkabel
die in het betreffende land wordt aangebo-
den.
Let op
De laadkabels aangeboden in andere lan-
den dan Noorwegen zijn vaak niet geschikt
om op te laden met een stopcontact. De
Noorse laadkabels hebben geen controle-
lampje
omdat ze een ander elektrici-
1
rood
4
teitsnet gebruiken.
Let op
Indien een andere stroomverbruiker tegelijk
is aangesloten op het elektriciteitsnet
Betekenis
Storing in de voeding.
Storing in de beveiliging.
Storing in de wagen.