Download Print deze pagina

Mitel MIVOICE OFFICE 400 Gebruiksaanwijzing pagina 73

Verberg thumbnails Zie ook voor MIVOICE OFFICE 400:

Advertenties

Als de CLIP-nummerschema-ID (Onbekend) is, dan wordt de trunkgroepconfiguratie
gebruikt om te bepalen of de oproep dat intern of extern wordt gesignaleerd (
oproep onbekend
instelling).
Zie ook:
"Nummerschema-ID's", pagina 52
4. 2
Nummers (CLIP) en Namen (CNIP) weergeven
Tijdens zowel de overgaan-fase als de oproep zelf wordt het telefoonnummer of de
naam (of beide) van de beller op het display van de aansluiting weergegeven.
• Het tonen van het telefoonnummer van de beller wordt CLIP (Oproepende-Lijn-
Identificatiepresentatie) genoemd.
• Het tonen van de naam van de beller wordt aangeduid als CNIP (Oproepende
Naam Identificatie Presentatie).
Fig. 30
CLIP en CNIP
Wanneer de bestemmingsgebruiker de oproep beantwoordt, dan wordt het nummer of
de naam van de bestemmingsgebruiker verstuurd en weergegeven aan de beller:
• Het tonen van het nummer wordt COLP (Verbonden Lijn Presentatie) genoemd.
• Het tonen van de naam wordt aangeduid als CONP (Verbonden Naam Presentatie).
Fig. 31
COLP en CONP
Deze identificatie-elementen maken het gebruik van andere functies mogelijk, zoals
het registreren van onbeantwoorde oproepen in het oproepenlogboek van de bestem-
mingsgebruiker; de bestemmingsgebruiker kan vervolgens terugbellen door het CLIP-
nummer te kiezen.
Deze identificatie-elementen zijn beschikbaar in digitale netwerken en in sommige
analoge netwerken. Omdat CNIP en CONP niet worden ondersteund door het open-
bare netwerk, probeert het systeem ze te repliceren door in de interne telefoonboeken
System functions and features
syd-0677/0.1 – R6.1 – 06.2019
Identificatie-elementen
NPI-
73

Advertenties

loading