Mitel MIVOICE OFFICE 400 Gebruiksaanwijzing pagina 468
Verberg thumbnails
Zie ook voor MIVOICE OFFICE 400:
- Gebruiksaanwijzing (590 pagina's) ,
- Handleiding (516 pagina's) ,
- Handleiding (288 pagina's)
Advertenties
Features
9. 6. 27. 3
Actieve kamermonitoring
Bij het activeren van kamermonitoring geeft de gebruiker op of de oproepverbinding
eenrichtingsverbinding (modus 1) of tweerichtingsverbinding (modus 2) moet zijn. Een-
richting betekent dat alleen het verzendpad van de monitoringstelefoon wordt doorge-
schakeld; bij een tweerichtingsoproepverbinding wordt ook het ontvangstpad doorge-
schakeld (in handsfree modus). De duur van de verbinding is beperkt tot 1 minuut.
Als een optie kan de gebruiker het geluidsgevoeligheidsniveau van de microfoon spe-
cificeren voor het triggeren van de oproep:
• Niveau 1: lage gevoeligheid (hoog geluidsniveau vereist)
• Niveau 2: Gemiddelde gevoeligheid (gemiddeld geluidsniveau vereist)
• Niveau 3: hoge gevoeligheid (laag geluidsniveau vereist)
Als er geen niveau is aangegeven, wordt het laatst geselecteerde niveau gebruikt.
Het juiste niveau moet ter plaatse empirisch worden vastgesteld.
De microfoon gebruikt voor kamermonitoring wordt met 10 seconden vertraging inge-
schakeld (Office 135). Op draadloze telefoons van de Mitel 600 DECT serie is de ver-
traging configureerbaar (10, 20 of 30s). De vertraging stelt de gebruiker in staat de
draadloze telefoon te positioneren en vervolgens de kamer te verlaten.
Activering van de oproep
Als een geluid het ingestelde niveau gedurende meer dan 2 seconden overschrijdt,
dan wordt onmiddellijk een oproep geactiveerd naar de bestemmingsgebruiker.
• Als de bestemmingsgebruiker bezet is, dan wordt de kamermonotoringmicrofoon
opnieuw geactiveerd na een vertraging van 15 seconden.
• Als de bestemmingsgebruiker nog steeds niet antwoordt, dan wordt het gesprek be-
ëindigd en wordt de kamermonotoringmicrofoon gereactiveerd na een vertraging
van 1 minuut.
Opmerkingen:
– In beide gevallen moet na de niet-geslaagde oproep het geconfigureerde niveau opnieuw
worden overschreden om een oproep te activeren.
– Naast de oproepactivatie wordt ook een ATAS-alarm gegenereerd. Het gebruik van het pro-
tocol is onderhevig aan
Tijdens de oproepverbinding
Tijdens de oproepverbinding kan de bestemmingsgebruiker het DTMF-achtervoegsel-
kiezen gebruiken om heen en weer te schakelen tussen een- en tweerichtingsmodus
en ook de tijdslimiet van 1 minuut op de oproepverbinding annuleren:
• Cijfer 1: Eenrichtingsoproepverbinding (modus 1)
468
ATAS-interface
en
ATASpro-interface
licenties.
System functions and features
syd-0677/0.1 – R6.1 – 06.2019
Advertenties
