Features
Het BHV-team informeren
Voor elke noodlocatie kan een BHV-team worden geconfigureerd. Dit team wordt geïn-
formeerd wanneer een gebruiker een openbaar alarmnummer belt.
Het team of liever hun aansluitingen krijgen een melding/pop-up op hun scherm en een
luid alarm/bellend geluid. Het bericht vertelt hen wie welk noodnummer heeft gebeld
en van waar en wanneer.
Als een teamlid de ontvangst van het alarm bevestigt, wordt het gewist van alle andere
ledendisplays. Als hij/zij het alarm weigert, wordt het alleen op zijn/haar terminal ge-
wist. Alle andere terminals geven nog steeds het alarm weer. Er is geen time-out.
De persoon die het alarm heeft bevestigd, is verantwoordelijk om de juiste acties te on-
dernemen, b.v. de beller zoeken en proberen te helpen, de locatie evacueren, op de
hulpdiensten wachten en deze naar de juiste locatie begeleiden.
Indien nodig kunnen één of meerdere gebruikers per email op de hoogte worden ge-
steld met dezelfde informatie.
Daarnaast wordt de gebeurtenisbericht
configureerde berichtenbestemmingen (
boek (
=r5) en het systeemlogbestand (
Het maximale aantal responsteams en teamleden is te vinden in de systeemhandlei-
ding van uw platform.
9. 7. 7
Onderdrukking van de telefoonnummerweergave
De weergave van het telefoonnummer van de gebelde partij wordt onderdrukt (CLIR).
CLIR kan in WebAdmin permanent worden geactiveerd of gedeactiveerd voor elke ge-
bruiker. Elke gebruiker kan ook een */# functiecode gebruiken om CLIR permanent of
slechts tijdelijk voor één enkele oproep in- of uit te schakelen.
Gedetailleerde beschrijving van tijdelijke CLIR
CLIR wordt tijdelijk geactiveerd met behulp van *31 voordat een extern telefoonnum-
mer wordt gekozen. Als CLIR al permanent is geactiveerd, dan kan het tijdelijk worden
gedeactiveerd met #31 voordat het nummer wordt gekozen. De permanente CLIR-in-
stellingen worden hersteld nadat het gesprek is voltooid.
Reikwijdte
Het onderdrukken van oproepidentificatie wordt alleen ondersteund voor externe op-
roepen via digitale netwerkinterfaces met het DSS1-protocol.
Opmerkingen:
– De functie wordt niet uitgevoerd bij gebruik in combinatie met ISDN-aanvullende diensten in
de exchange, zoals ECT, PARE of CD, d.w.z. het telefoonnummer wordt getoond aan de
gebelde partij.
494
Noodoproep gestart
=h1),verzonden, het gebeurtenissenlog-
=1w).
naar de verschillende ge-
System functions and features
syd-0677/0.1 – R6.1 – 06.2019