ZEKERINGEN EN RELAIS
De zekeringenkast zit achter een paneel aan de bovenkant
van de rechter bedieningsconsole.
Om zekeringen te controleren of te vervangen, de twee
schroeven verwijderen waarmee het paneel aan de con-
sole is bevestigd. Op de volgende pagina's zijn de zekerin-
gen en relais schematisch weergegeven. Naast de hoofd-
zekeringen zijn er ook extra maxizekeringen die dienen ter
bescherming van de hoofdzekeringen en het elektrische
circuit.
Er is een voorziening voor 60 zekeringen, maar het is mo-
gelijk dat ze niet allemaal op uw tractor zijn gemonteerd.
Mogelijk zijn ook bepaalde opties niet op uw tractor ge-
monteerd. Het is echter mogelijk dat de zekeringen voor
deze functies wel gemonteerd zijn, en als reserve gebruikt
kunnen worden.
LET OP: Een doorgebrande zekering nooit vervangen door
een zekering van een andere stroomwaarde.
De zekeringen hebben nummers en kleurcodes. Hun posi-
tie en stroomwaarde ziet u in het overzicht op de volgende
pagina.
Achter het frontpaneel van de rechter bedieningsconsole
bevinden zich nog meer relais.
Mega- en stroomzekeringen
Naast de zekeringen in de interne zekeringenkast, zijn er
ook extra zekeringen die zich op de startmotor en/of accu-
lade bevinden. De 'MEGA' zekering (PF1) beschermt het
elektrische hoofdsysteem, de (PF2) zekering beschermt de
elektronica van de cabine en de (PF9) zekering beschermt
het SCR-systeem.
De (F100) zekering beschermt het circuit van het perma-
nente geheugen (K.A.M.). Dit circuit levert stroom voor
elektronische geheugenfuncties wanneer de accu-isolatie-
schakelaar wordt gebruikt. De (F101) is een reservezeke-
ring.
Zeke-
Ampère
ring
nr.
F100
10 A
Permanent geheugen (Keep Alive Memory - K.A.M.)
F101
10 A
Reserve
PF1
250 A
Stroom B + hoofdvoeding
PF2
30 A
Stroom B+ voeding elektronica
PF9
30 A
Stroom B + SCR-systeem
7 - ONDERHOUD
Beveiligde voeding
7-81
1
SS11M159
2
SS11M162
3
SS11M218