6 - BEDIENING VOOR WERKZAAMHEDEN
HEFINRICHTING ACHTER
ELEKTRONISCHE TREKKRACHTREGELING
Elektronische trekkrachtregeling is een elektronisch be-
stuurd hydraulisch systeem dat verandering in de trekbe-
lasting detecteert via sensoren in de onderste hefarmen
van de 3-puntshef. Het systeem detecteert ook verande-
ringen in de verticale positie van de hef door middel van
een sensor op de dwarsas. Het systeem functioneert in
positieregeling of in trekkrachtregeling.
Positieregeling levert een nauwkeurige besturing van
werktuigen die boven de grond werken. Nadat de hoogte
van het werktuig is ingesteld, zal het systeem die hoogte
handhaven ongeacht de krachten van buitenaf die erop
werken.
Trekkrachtregeling is ontworpen voor gedragen of half-
gedragen werktuigen die in de grond werken. Trekkracht-
regeling compenseert automatisch veranderingen in de
bodemweerstand die een toename of afname in de trek-
belasting van het werktuig veroorzaken.
Opmerkingen over de werking in trekkracht-
regeling
De trekkrachtregeling stelt de werkdiepte in de bodem
in door een constante trekbelasting te handhaven. Als
de hendel van de positieregeling (1) net onder de nor-
male werkdiepte van de trekkrachtregeling is ingesteld,
zal hierdoor worden voorkomen dat het werktuig 'duikt' of
bij zachte of lichte grond te diep in de grond werkt.
De positieregeling annuleert de trekkrachtregeling wan-
neer de hendel van de positieregeling boven de met het
wieltje van de trekkrachtbelasting ingestelde werkdiepte
(2) wordt gezet. Daarom kan de hendel van de positie-
1
BRI4098B
regeling gebruikt worden om het werktuig uit de grond te
tillen, vanaf de normale werkdiepte van de trekkrachtre-
geling, zonder de instelling van de trekkrachtregeling te
veranderen.
Deze functie kan nuttig zijn wanneer het werktuig gelei-
delijk uit de grond moet worden getild. De stop van het
duimwiel kan zo worden ingesteld dat de hendel van de
positieregeling snel kan worden teruggezet naar een on-
derlimietpositie, net onder de normale werkdiepte van de
trekkrachtregeling.
Normaal zou de hef/daalschakelaar gebruikt worden om
een werktuig gedurende een werkcyclus te heffen of te
laten zakken.
6-60