Werken met Engine Speed Management (mo-
tortoerentalbeheer)
De ESM-functie kan op elk gewenst moment worden inge-
schakeld, op voorwaarde dat het motortoerental hoger is
dan 1000 RPM. Kort op de toerentalschakelaar (2) druk-
ken om ESM te activeren. Het systeem schakelt stan-
daard op programma 1, de onderkant van de bedienings-
schakelaar indrukken om programma 2 te selecteren.
Wanneer u op het land werkt kunt u tussen de pro-
gramma's 1 en 2 omschakelen door meerdere malen op
de knop van de bedieningsschakelaar te drukken, of,
als dit handiger is, op de HTS-stappenschakelaar (3)
Afbeelding 4 .
OPMERKING: Door verplaatsing van het handgas in
ESM modus worden de toerentalinstellingen gedeacti-
veerd en keert de regeling van het motortoerental terug
naar het handgas of het gaspedaal.
Oproepen van een eerder opgeslagen instel-
ling
Om een eerder opgeslagen instelling op te roepen, de bo-
venkant van de ESM-schakelaar (2), Afbeelding 3 indruk-
ken en vasthouden. Het indicatielampje in het instrumen-
tencluster begint te knipperen.
OPMERKING: Voordat u de schakelaar indrukt, moet het
handgas worden ingesteld op 1000 RPM.
De schakelaar vast blijven houden tot het lampje stopt met
knipperen en vast blijft branden, het motortoerental zal
af- of toenemen tot de eerder opgeslagen instelling. De
onderkant van de bedieningsschakelaar (2) of de HTS-
stappenschakelaar (3) indrukken om het gewenste ESM-
programma te selecteren.
OPMERKING: Als de ESM-schakelaar (2) wordt losgela-
ten terwijl het lampje knippert, zal ESM teruggaan naar
de standaard instelling, de ESM-schakelaar opnieuw in-
drukken en vasthouden om de procedure overnieuw te
starten.
Afsluiten van Engine Speed Management:
De ESM-bedieningsschakelaar indrukken.
Het handgas op stationair zetten.
De startsleutel in de stand OFF draaien.
6 - BEDIENING VOOR WERKZAAMHEDEN
6-5
3
BRJ4978D
4
BRE1740B