98
STOELEN EN VEILIGHEIDSSYSTEMEN
Afhankelijk van de gekozen plaats en
afmetingen van het kinderzitje is het
mogelijk dat de veiligheidsgordels of
ISOFIX-verankeringen niet meer
bereikbaar zijn voor andere passagiers
of kinderveiligheidssystemen ernaast.
U moet de zitplaatsen ernaast niet
gebruiken als het kinderzitje de veilig-
heidsgordel onbereikbaar maakt of de
doorvoer ervan belemmert.
Ga waar een kinderveiligheidssysteem
is geplaatst altijd te werk volgens de
instructies die bij het kinderveilig-
heidssysteem zijn geleverd en zet het
kinderveiligheidssysteem goed vast.
Waar u het kinderzitje ook monteert,
zorg altijd dat het goed is gezekerd.
Let erop dat een kinderzitje dat niet is
vastgezet bij een botsing of noodstop
kan wegschieten en andere inzit-
tenden verwonden. Zorg ervoor dat elk
kinderzitje in het voertuig goed is
gezekerd, ook wanneer er geen kind
in zit.