74
STOELEN EN VEILIGHEIDSSYSTEMEN
Als de veiligheidsgordels zijn
omgedaan en de auto wordt gestart,
wordt het systeem eenmaal geacti-
veerd om de gordels aan te spannen
zodra de rijsnelheid in voorwaartse
richting de drempelwaarde voor
activering overschrijdt.
Het systeem wordt ook geactiveerd bij
een noodstop en/of plotselinge
manoeuvres. Zodra de rijomstandig-
heden weer normaal zijn, ontspant het
systeem.
Het systeem wordt niet geactiveerd als
de tractieregeling/elektronische stabili-
teitsregeling (ESC) niet naar behoren
werkt. Zie Tractieregeling/Elektronische
stabiliteitsregeling (ESC) 0 205. Als er
een probleem is met het automatische
aanhaalsysteem van de veiligheids-
gordel, verschijnt er een bericht op het
Driver Information Center (DIC).
Raadpleeg als er wordt gemeld dat het
systeem niet beschikbaar is of dat het
moet worden nagekeken uw dealer.
Andere functies van de veiligheids-
gordel worden niet beïnvloed door het
automatisch aanhaalsysteem van de
veiligheidsgordel.
Veiligheidsgordelspanners
De auto heeft veiligheidsgordelspan-
ners op de buitenste zitplaatsen
voorin. Ondanks dat u de veiligheids-
gordelspanners niet kunt zien, maken
deze deel uit van de veiligheidsgordels.
Als aan de drempelvoorwaarden voor
activering is voldaan, kunnen de
veiligheidsgordels hierdoor bij een
middelzware tot zware (half)frontale
of achteropbotsing worden aange-
spannen. Dankzij de veiligheidsgordel-
spanners kunnen de veiligheidsgordels
bovendien worden aangespannen,
wanneer u van opzij wordt aangereden
of over de kop slaat.
Gordelspanners kunnen maar eenmaal
afgaan. Als de gordelspanners bij een
botsing in werking treden, moeten ze
worden vervangen. Dat geldt
waarschijnlijk ook voor andere onder-
delen van het veiligheidsgordelsysteem
van de auto. Zie Onderdelen van het
veiligheidsgordelsysteem vervangen na
een ongeval 0 77.
Ga bij het in- of uitstappen of in de
stoel nooit op de buitenste veiligheids-
gordel zitten. Als u op de veiligheids-
gordel zit, kunnen het weefsel en het
mechanisme beschadigd raken.
Comfortgeleiders op achterste
gordels
Waarschuwing
Een onjuist gedragen veiligheids-
gordel biedt bij een ongeval wellicht
niet de vereiste bescherming. De
desbetreffende gordeldrager kan
zwaar letsel oplopen. De schouder-
gordel moet over uw schouder en
dwars over uw borst lopen. Deze
lichaamsdelen kunnen de krachten
van de gordel het beste opvangen.
De comfortgeleiders van de veilig-
heidsgordel achterin kunnen het
draagcomfort verhogen voor sommige
volwassenen en oudere kinderen die
de zittingverhoger zijn ontgroeid.
Wanneer de schoudergordel goed is
gemonteerd, houdt de comfortgeleider
de schoudergordel weg van de hals en
het hoofd.