21 Over de Geautomatiseerde Modus
Als uw sensorglucosewaarde niet of nauwelijks verandert door het toedienen
van de maximale hoeveelheid insuline, gaat het systeem ervan uit dat er een
probleem is dat u moet oplossen. Als er te lang te veel insuline toegediend
wordt, loopt u het risico op hypoglykemie.
De Restrictie geautomatiseerde toediening laat u weten dat u moet ingrijpen
en het volgende dient te controleren:
•
Geeft uw sensor uw glucose nauwkeurig aan? Controleer uw BG met
een BG-meter om deze te bevestigen. Het kan zijn dat u uw sensor
moet vervangen.
•
Is er een probleem met uw Pod of canule? Controleer of uw Pod goed
is aangebracht en of er geen tekenen van nattigheid of lekkage rond
de pleister zijn. Controleer uw ketonen. Het kan zijn dat u uw Pod
moet vervangen.
•
Hebt u meer insuline nodig? Tik op de bolusknop, tik op Sensor gebruiken
op het bolusscherm en kijk of er extra insuline wordt aanbevolen. Het kan
zijn dat u een correctiebolus moet toedienen.
Overschakelen naar de Handmatige Modus
Wanneer het alarm Restrictie geautomatiseerde toediening verschijnt, vraagt
het systeem u om gedurende 5 minuten of langer naar de Handmatige Modus
over te schakelen. Door deze stap weet het systeem dat u zich bewust bent
van de situatie en actie overweegt. In de Handmatige Modus kunt u de BG
controleren, de sensorgrafiek bekijken en problemen met de sensor en de Pod
oplossen. U kunt daarna terugkeren naar de Geautomatiseerde Modus door te
klikken op Menupictogram (
Opmerking: Als u dit alarm vaak krijgt, dient u wellicht uw instellingen voor
uw Streefwaarde glucose of bolus aan te passen. Raadpleeg uw zorgverlener
voor het aanpassen van deze instellingen op de Omnipod 5.
272
) > Modus wijzigen.