504
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
1
*
: Waarschuwingszoemer geactiveerde parkeerrem:
→Blz. 511
2
*
: Waarschuwingslampje open portier
→Blz. 509
*
3
: Waarschuwingszoemer veiligheidsgordel:
De waarschuwingszoemer voor de veiligheidsgordel herinnert de bestuurder, de
voorpassagier en de achterpassagiers eraan de veiligheidsgordel om te doen. De
zoemer klinkt gedurende 30 seconden als de rijsnelheid 20 km/h is. Als de veilig-
heidsgordel daarna nog niet is vastgemaakt, laat de zoemer gedurende 90 seconden
een ander geluid horen.
■
Detectiesensor passagier, waarschuwingslampje veiligheidsgordel en waarschuwings-
zoemer
●
Als er bagage wordt geplaatst op de passagiersstoel kan de detectiesensor het waar-
schuwingslampje laten knipperen en de waarschuwingszoemer laten klinken, ook al zit
er niemand op de passagiersstoel.
●
Als er op de stoel een kussen wordt geplaatst, werkt de sensor wellicht niet goed, waar-
door ook het waarschuwingslampje niet goed werkt.
■
Als het motorcontrolelampje tijdens het rijden gaat branden
Het motorcontrolelampje gaat branden als de brandstoftank volledig leeg raakt. Als de
brandstoftank leeg is, vul deze dan zo snel mogelijk. Het motorcontrolelampje gaat na
enkele ritten weer uit.
Als het motorcontrolelampje niet uit gaat, neem dan zo snel mogelijk contact op met een
Lexus-dealer of erkende reparateur.
■
Waarschuwingslampje elektrische stuurbekrachtiging (waarschuwingszoemer)
Als de spanning van de 12V-accu laag is of tijdelijk daalt, kan het waarschuwingslampje
van de elektrische stuurbekrachtiging gaan branden en kan er een waarschuwingszoe-
mer klinken.
■
Als het waarschuwingslampje voor lage bandenspanning gaat branden
Gebruik de volgende procedure wanneer de banden voldoende zijn afgekoeld.
●
Controleer de bandenspanning en breng hem op het juiste niveau.
●
Als het waarschuwingslampje zelfs na enkele minuten niet uit gaat, controleer dan of de
bandenspanning in orde is en voer de initialisatie uit.
Het waarschuwingslampje kan weer gaan branden wanneer bovenstaande handelingen
zijn uitgevoerd zonder eerst de banden voldoende te laten afkoelen.
■
Het waarschuwingslampje lage bandenspanning gaat mogelijk branden door een
natuurlijke oorzaak
Het waarschuwingslampje lage bandenspanning gaat mogelijk branden door een
natuurlijke oorzaak, zoals het onvermijdelijke spanningsverlies dat op den duur optreedt
of een veranderde bandenspanning die veroorzaakt wordt door temperatuurverande-
ringen. In dat geval zal het waarschuwingslampje na een paar minuten uitgaan als de
banden weer op de juiste spanning gebracht zijn.
■
Omstandigheden waaronder het waarschuwingssysteem voor de bandenspanning
mogelijk niet juist werkt
→Blz. 448