WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan resulteren in ernstig letsel.
■
Bij het wegrijden met de auto
Houd het rempedaal altijd ingetrapt als de auto stilstaat en het hybridesysteem in wer-
king is. Dit voorkomt kruipen van de auto.
■
Tijdens het rijden
●
Zorg ervoor dat u, voordat u wegrijdt, blindelings het gas- en rempedaal kunt vinden.
• Als u per ongeluk in plaats van het rempedaal het gaspedaal intrapt, zal de auto
onverwacht accelereren, wat een ongeval tot gevolg kan hebben.
• Bij het achteruitrijden draait u wellicht uw lichaam, waardoor het bedienen van de
pedalen moeilijk wordt. Zorg dat u de pedalen altijd goed kunt bedienen.
• Zorg dat u altijd in de juiste houding achter het stuur zit, ook als de auto maar kort
hoeft te rijden. Zo kunt u rem- en gaspedaal goed bedienen.
• Trap het rempedaal met uw rechtervoet in. Wanneer u het rempedaal met uw lin-
kervoet intrapt, kan in een noodgeval uw reactie vertraagd worden, waardoor een
ongeval kan ontstaan.
●
De bestuurder moet extra goed letten op voetgangers als de auto alleen wordt aan-
gedreven door de elektromotor (tractiemotor). Aangezien er geen motorgeluiden
zijn, kunnen voetgangers de beweging van de auto misschien onjuist inschatten.
●
Rijd niet met de auto over brandbare materialen en parkeer de auto ook niet in de
buurt van dergelijke materialen.
Het uitlaatsysteem en de uitlaatgassen kunnen zeer heet worden. Deze hete onder-
delen kunnen brand veroorzaken als er licht ontvlambaar materiaal aanwezig is.
●
Schakel het hybridesysteem tijdens normaal rijden niet uit. Door het uitschakelen van
het hybridesysteem tijdens het rijden verliest u niet de controle over het stuurwiel of
de remmen, maar werkt de bekrachtiging van deze systemen niet meer. Hierdoor zal
het remmen en sturen veel zwaarder gaan dan normaal. Zet in dat geval de auto aan
de kant zodra dit veilig kan.
In geval van nood echter, bijvoorbeeld als de auto onmogelijk op de normale manier
tot stilstand kan worden gebracht: →Blz. 493
●
Rem bij het afdalen van een steile helling af op de motor (terugschakelen) om snel-
heid te minderen.
Het continu gebruiken van de remmen kan leiden tot oververhitting en een vermin-
derde remwerking. (→Blz. 208)
●
Verstel het stuurwiel, de stoel of de binnen- of buitenspiegel niet tijdens het rijden.
Als u dat wel doet, kunt u de macht over het stuur verliezen.
●
Controleer altijd of alle passagiers hun armen, hoofd en andere lichaamsdelen bin-
nen de auto houden.
4-1. Voordat u gaat rijden
187
4