■
Vervangen van de volgende lampen
Als een van de hieronder genoemde lampen doorgebrand is, laat de lamp
dan vervangen door een Lexus-dealer of erkende reparateur.
●
Koplampen
●
Parkeerlichten voor en dagrijverlichting
●
LED-mistlampen voor (indien aanwezig)
●
Richtingaanwijzers opzij
●
Rem-/achterlichten
●
Achterlichten
●
Mistachterlicht
●
Derde remlicht
●
Kentekenplaatverlichting
■
Gasontladingskoplampen (indien aanwezig)
Als de spanning van de ontsteking van de lamp te laag is, gaan de lampen niet branden of
gaan ze even uit. De gasontladingslampen gaan branden zodra de normale ontstekings-
spanning is hersteld.
■
LED-lampen
Behalve de gasontladingslampen (indien aanwezig), halogeen mistlampen voor (indien
aanwezig), richtingaanwijzers voor, richtingaanwijzers achter, achteruitrijlicht en instap-
verlichting in de spiegelvoet bestaat elke verlichting uit een aantal LED's. Als er LED's
doorgebrand zijn, laat de verlichting dan door een Lexus-dealer of erkende reparateur
vervangen.
■
Condensvorming in de koplampen
Het tijdelijk beslaan van de binnenzijde van het koplampglas is normaal. Neem in de vol-
gende gevallen contact op met een Lexus-dealer of erkende reparateur voor meer infor-
matie:
●
Als er erg veel condens aan de binnenzijde van het koplampglas zit.
●
Als zich een plasje water in de lamp heeft gevormd.
■
Wanneer u de richtingaanwijzers voor vervangt (auto's met LED-koplampen)
Wanneer de vulpijp van het ruitensproeierreservoir wordt verwijderd terwijl er een grote
hoeveelheid ruitensproeiervloeistof in het ruitensproeierreservoir aanwezig is, wordt er
mogelijk ruitensproeiervloeistof op de auto gemorst en dient u dit te verwijderen.
■
Bij het vervangen van lampen
→Blz. 472
7-3. Zelf uit te voeren onderhoud
487
7