WAARSCHUWING
■
Gebruik van het Rear View Monitor-systeem
Het Rear View Monitor-systeem is een aanvullend systeem om u te assisteren bij het
achteruitrijden. Controleer bij het achteruitrijden eerst de omgeving van de auto en
kijk ook in de spiegels voordat u verder gaat.
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht om een ongeluk of letsel te voorko-
men.
●
Vertrouw tijdens het achteruitrijden nooit uitsluitend op het Rear View Monitor-
systeem. De weergave en positie van de rijlijnen op het scherm wijken mogelijk af van
de werkelijke situatie.
Wees voorzichtig, net als bij het achteruitrijden met elke andere auto.
●
Rijd langzaam achteruit, waarbij u de rijsnelheid regelt via het rempedaal.
●
De gegeven instructies zijn slechts richtlijnen.
Wanneer en in welke mate er bij het parkeren aan het stuurwiel moet worden
gedraaid, is afhankelijk van de verkeerssituatie, het wegdek, de staat van de auto, enz.
Houd hier rekening mee wanneer u gebruikmaakt van het Rear View Monitor-
systeem.
●
Controleer voordat u de auto parkeert of er voldoende ruimte is voor uw auto.
●
Gebruik het Rear View Monitor-systeem in de volgende gevallen niet:
• Op een glad of modderig wegdek of in sneeuw
• Bij het gebruik van sneeuwkettingen
• Wanneer de achterklep niet geheel gesloten is
• Op wegen die niet recht en niet vlak zijn.
●
Bij lage temperaturen wordt het scherm mogelijk donkerder of wordt het beeld
mogelijk onduidelijk. Het beeld kan vervormd zijn wanneer de auto rijdt of het beeld
op het scherm is mogelijk niet goed zichtbaar. Controleer voordat u verdergaat de
omgeving van de auto en kijk ook in de spiegels.
●
Als de banden worden vervangen door banden met een andere maat, wijzigt moge-
lijk de positie van de vaste rijlijnen op het scherm.
●
De camera is voorzien van een speciale lens. De afstanden tussen objecten en voet-
gangers die op het scherm worden weergegeven, verschillen mogelijk van de werke-
lijke afstanden. (→Blz. 268)
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
273
4