Download Print deze pagina

Lexus IS 300h 2013 Handleiding pagina 252

Advertenties

WAARSCHUWING
Voor het gebruik van de Dynamic Radar Cruise Control
Vertrouw niet te veel op de afstandsregeling.
Houd rekening met de ingestelde rijsnelheid. Regel zelf de snelheid bij door te rem-
men, gas te geven, enz. als de deceleratie/acceleratie die het systeem verzorgt niet
toereikend is om de afstand tot de voorligger te regelen.
Waarschuwingen met betrekking tot de ondersteunende systemen
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Als u dat niet doet, kunt u een ongeval veroorzaken, waardoor ernstig letsel kan ont-
staan.
Helpt de bestuurder de volgafstand te bepalen
De Dynamic Radar Cruise Control dient alleen ter ondersteuning van de bestuurder
bij het bepalen van de volgafstand tussen de eigen auto en een voorligger. Het
systeem is niet bedoeld om zorgeloos of roekeloos rijgedrag te rechtvaardigen en
kan de bestuurder ook niet helpen tijdens het rijden bij slecht zicht. Het blijft noodza-
kelijk dat de bestuurder zelf de omgeving van de auto goed in de gaten houdt.
De bestuurder helpen bij het bepalen van de juiste volgafstand
De Dynamic Radar Cruise Control bepaalt of de volgafstand tussen de eigen auto en
een bepaalde voorligger voldoende is of niet. Het systeem kan geen andere beoor-
delingen maken. Het is daarom strikt noodzakelijk dat u zelf alert blijft en inschat of
een situatie mogelijk gevaarlijk is.
De bestuurder helpen bij het bedienen van de auto
De Dynamic Radar Cruise Control kan geen aanrijdingen met een voorligger voor-
komen. Daarom dient u wanneer er gevaar dreigt direct de controle over de auto te
nemen en juist te handelen om de veiligheid van alle betrokkenen te garanderen.
Voorkomen van onachtzaam activeren van de cruise control
Schakel de cruise control uit met de toets ON/OFF als deze niet wordt gebruikt.
Situaties die niet geschikt zijn voor gebruik van de Dynamic Radar Cruise Control
Gebruik de Dynamic Radar Cruise Control niet in de volgende situaties.
Als u dat wel doet, wordt de snelheid mogelijk niet goed geregeld waardoor ernstig
letsel kan ontstaan.
In druk verkeer
Op wegen met scherpe bochten
Op slingerende wegen
Op wegen die door regen, ijs of sneeuw glad zijn
Op steile hellingen bergafwaarts of op afwisselend sterk dalende en sterk stijgende
wegen
Bij het afdalen van een steile helling kan de rijsnelheid de ingestelde snelheid over-
schrijden.
Op invoegstroken van autosnelwegen
Als de weersomstandigheden zo slecht zijn dat ze een juiste werking van de senso-
ren onmogelijk zouden kunnen maken (mist, sneeuw, zandstorm, zware regenval,
enz.)
Als er vaak een naderingswaarschuwing hoorbaar is
Bij het trekken van een aanhangwagen of tijdens het slepen in een noodgeval
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
251
4

Advertenties

loading