Rijden in de winter
Tref voor het aanbreken van de winter de noodzakelijke voorbereidingen en
voer de benodigde controles uit. Pas uw rijgedrag altijd aan de actuele weers-
omstandigheden aan.
Voorbereiding voor de winter
●
Gebruik vloeistoffen die geschikt zijn voor winterse omstandigheden.
• Motorolie
• Koelvloeistof motor/vermogensregeleenheid
• Ruitensproeiervloeistof
●
Laat de toestand van de 12V-accu controleren door een monteur.
●
Laat winterbanden onder uw auto monteren of schaf een set sneeuwkettin-
gen voor de achterwielen aan.
Controleer of alle banden dezelfde maat hebben en van hetzelfde merk zijn en
controleer of de sneeuwkettingen geschikt zijn voor de bandenmaat van uw auto.
*
: 18 inch banden kunnen niet worden voorzien van sneeuwkettingen.
Voordat u met de auto gaat rijden
Voer, afhankelijk van de omstandigheden, de volgende handelingen uit:
●
Probeer een vastgevroren ruit niet met kracht te openen en zet de ruitenwis-
sers niet aan als deze vastgevroren zijn.
●
Verwijder de eventueel aanwezige sneeuw van de luchtinlaten voor de voor-
ruit om zeker te kunnen zijn van een juiste werking van de aanjager van het
airconditioningsysteem.
●
Controleer of er sprake is van ijs- of sneeuwophopingen op de verlichting aan
de buitenzijde, op het dak, op het chassis, rond de banden of op de remmen,
en verwijder deze indien dat het geval is.
●
Verwijder sneeuw en modder van de onderzijde van uw schoenen voordat u
in de auto stapt.
Tijdens het rijden
Verhoog de snelheid geleidelijk, houd afstand tot uw voorganger en pas de snel-
heid aan aan de conditie van de weg.
*
303
4-6. Rijtips
4