WAARSCHUWING
■
Rijden met winterbanden
Neem om de kans op ongevallen te beperken de volgende voorzorgsmaatregelen in
acht.
Als u dat niet doet, kunt u de macht over het stuur verliezen, waardoor ernstig letsel
kan ontstaan.
●
Gebruik winterbanden met de voorgeschreven maat.
●
Zorg ervoor dat de bandenspanning aan de specificatie voldoet.
●
Rijd niet harder dan de toegestane snelheid of harder dan de snelheidslimiet die geldt
voor de gebruikte winterbanden.
●
Monteer winterbanden op alle wielen.
■
Rijden met sneeuwkettingen (behalve auto's met 18 inch banden)
Neem om de kans op ongevallen te beperken de volgende voorzorgsmaatregelen in
acht.
Anders kunnen een aanrijding en ernstig letsel het gevolg zijn.
●
Rijd niet harder dan de maximaal toegestane snelheid voor de gebruikte sneeuwket-
tingen of niet harder dan 50 km/h, afhankelijk van welke snelheid de laagste is.
●
Vermijd het rijden over slechte wegdekken en over gaten.
●
Vermijd plotseling accelereren, abrupte stuuracties, plotseling remmen en schakel-
handelingen die een plotselinge motorremwerking veroorzaken.
●
Minder uw snelheid alvorens een bocht aan te snijden zodanig, dat u zeker weet dat
de auto bestuurbaar blijft.
●
Gebruik het systeem LDA (Lane Departure Alert) niet.
OPMERKING
■
Repareren of vervangen van winterbanden
Laat winterbanden repareren of vervangen door een Lexus-dealer of door een ban-
denspecialist.
Het verwijderen en plaatsen van winterbanden heeft invloed op de werking van de
ventielen en zenders, onderdelen van het waarschuwingssysteem voor de banden-
spanning.
■
Monteren van sneeuwkettingen (behalve auto's met 18 inch banden)
Als er sneeuwkettingen gemonteerd zijn, kan het gebeuren dat bandenspanningssen-
soren en -zenders niet goed functioneren.
305
4-6. Rijtips
4