®
ESP
ingeschakeld:
Het waarschuwingslampje ESP
het instrumentenpaneel dooft.
Eigenschappen bij uitgeschakeld ESP
®
Als het ESP
is uitgeschakeld en een of meer-
dere wielen doordraaien, knippert waarschu-
®
wingslampje ESP
÷ in het instrumenten-
®
paneel. Het ESP
stabiliseert de auto dan
niet.
®
Als het ESP
wordt uitgeschakeld:
®
verbetert het ESP
R
teit
wordt de motor qua koppel niet meer
R
begrensd en de aandrijfwielen kunnen
doordraaien.
Op een losse ondergrond zorgen de door-
draaiende wielen door freeswerking voor
een betere tractie.
blijft de tractieregeling actief
R
kan nog steeds met ondersteuning van het
R
®
ESP
worden geremd.
®
ESP
-aanhangwagenstabilisatie
Algemene informatie
Als uw auto met een aanhangwagen (combi-
natie) begint te slingeren, ondersteunt het
®
ESP
in deze situaties. Het ESP
rijsnelheid door te remmen en begrenst het
motorvermogen zodat de combinatie kan
worden gestabiliseerd.
Belangrijke veiligheidsvoorschriften
G
WAARSCHUWING
Bij slechte verkeers- en weersomstandighe-
den kan de aanhangwagenstabilisatie niet
voorkomen dat de combinatie gaat slingeren.
Aanhangwagens met een hoog zwaartepunt
kunnen kantelen, voordat het ESP
kent. Er bestaat gevaar voor ongevallen!
Uw rijstijl altijd aan de verkeers- en weers-
omstandigheden aanpassen.
®
OFF å in
®
niet langer de rijstabili-
®
reduceert de
®
dit her-
Rijveiligheidssystemen
Als de auto met aanhangwagen (combinatie)
gaat slingeren kunt u de combinatie alleen
stabiliseren door stevig op de rem te drukken.
®
De ESP
-aanhangwagenstabilisatie is actief
vanaf een snelheid van circa 65 km/h.
®
Als het ESP
is uitgeschakeld of vanwege een
storing niet actief is, functioneert de ESP
aanhangwagenstabilisatie niet.
EBD (Electronic Brake-force Distribu-
tion)
Algemene informatie
Om de rijstabiliteit tijdens het remmen te ver-
beteren controleert en regelt de EBD de rem-
druk voor de achterwielen.
Belangrijke veiligheidsvoorschriften
i
Het onderwerp "Belangrijke veiligheids-
voorschriften" (
pagina 73) in acht nemen.
Y
G
WAARSCHUWING
Als de EBD een storing vertoont kunnen ach-
terwielen bijvoorbeeld bij een noodstop blok-
keren. Er bestaat verhoogd slipgevaar en
gevaar voor ongevallen!
Uw rijstijl aanpassen aan het gewijzigde rij-
gedrag. Het remsysteem bij een gekwalifi-
ceerde werkplaats laten controleren.
De aanwijzingen m.b.t. de waarschuwings- en
controlelampjes (
pagina 295) en de dis-
Y
playmeldingen (
pagina 260) in acht nemen.
Y
ADAPTIVE BRAKE
De ADAPTIVE BRAKE zorgt voor een ver-
hoogde remveiligheid en voor een verhoogd
remcomfort. De ADAPTIVE BRAKE heeft
naast de remfunctie ook de HOLD-functie
(
pagina 204) en de hellingassistent
Y
(
pagina 165).
Y
79
®
-
Z