Download Print deze pagina

Mercedes-Benz B 180 2014 Handleiding pagina 49

Advertenties

Veiligheidssystemen inzittenden
46
tie wordt de veiligheidsgordel van de bestuur-
ders‑ en passagiersstoel aangepast aan het
bovenlichaam van de inzittenden.
De gordelband wordt daartoe iets aangetrok-
ken, als:
de gordelslottong in het gordelslot is ver-
R
grendeld en
het contact is ingeschakeld.
R
De gordelaanpassing vindt plaats met een
bepaalde terugtrekkracht als er speling wordt
herkend tussen de inzittende en de veilig-
heidsgordel. De veiligheidsgordel hierbij niet
vasthouden.
De gordelaanpassing kan in de boordcompu-
ter worden in- en uitgeschakeld
(
pagina 255).
Y
Gordelwaarschuwing voor bestuurder
en passagier
Het waarschuwingslampje veiligheidsgordel
7 in het instrumentenpaneel maakt u erop
attent, dat alle inzittenden de veiligheidsgor-
del moeten omgespen. Het kan permanent
branden of knipperen. Bovendien kan een
waarschuwingssignaal klinken.
Het waarschuwingslampje veiligheidsgordel
7 dooft en het waarschuwingssignaal
stopt, zodra de chauffeur en de bijrijder de
veiligheidsgordel hebben omgegespt.
i
Zie voor meer informatie over het waar-
schuwingslampje veiligheidsgordel 7
"Waarschuwings- en controlelampjes in het
instrumentenpaneel, veiligheidsgordel"
(
pagina 293).
Y
Statusindicatie veiligheidsgordels ach-
terin
Op de linker en middelste achterzitplaats zijn
de veiligheidsgordels niet omgegespt. (voor-
beeld)
De statusindicatie veiligheidsgordels ach-
terin is alleen in bepaalde landen beschik-
baar.
Aan de hand van de statusindicatie veilig-
heidsgordels achterin is gedurende circa
30 seconden te zien, welke veiligheidsgordel
achterin niet is vastgemaakt.
De statusindicatie veiligheidsgordels ach-
terin verschijnt, als:
wordt weggereden en een rijsnelheid van
R
circa 10 km/h wordt bereikt
de inzittenden achterin tijdens het rijden de
R
veiligheidsgordel omgespen of losmaken
personen in of uit de auto stappen en
R
opnieuw wordt weggereden.
De statusindicatie veiligheidsgordels ach-
terin kan ook direct worden uitgeschakeld
(
pagina 257).
Y
Airbags
Inleiding
De inbouwplaats van een airbag is herken-
baar aan het opschrift AIRBAG.
Een airbag is een aanvulling op een correct
gedragen veiligheidsgordel. Hij is echter geen
vervanging voor de veiligheidsgordel. De air-
bag biedt extra beschermingspotentieel in
relevante ongevalsituaties.
Niet alle airbags worden bij een ongeval geac-
tiveerd. De verschillende airbagsystemen
werken onafhankelijk van elkaar
(
pagina 54).
Y
Geen enkel modern systeem kan echter ver-
wondingen en overlijden volledig uitsluiten.
Ook het risico op verwondingen door een air-
bag kan vanwege de vereiste snelheid van de
airbag na het activeren niet geheel worden
uitgesloten.

Advertenties

loading