Menu's en submenu's
254
in de sneeuw blijft steken. Er bestaat levens-
gevaar!
In gesloten ruimtes zonder afzuiging de inte-
rieurvoorverwarming uitschakelen, bijvoor-
beeld in de garage. Als het voertuig in de
sneeuw is blijven steken en de interieurvoor-
verwarming moet blijven werken, de uitlaat en
het gedeelte rond het voertuig sneeuwvrij
houden. Aan de zijde van het voertuig die van
de wind is afgekeerd een ruit openen, om de
toevoer van voldoende buitenlucht te waar-
borgen.
G
WAARSCHUWING
Als de interieurvoorverwarming is ingescha-
keld kunnen onderdelen van de auto, bijvoor-
beeld het uitlaatsysteem, zeer heet worden.
Brandbaar materiaal, bijvoorbeeld bladeren,
gras of takken, kunnen ontsteken, als ze in
contact komen met:
hete delen van het uitlaatsysteem
R
het uitlaatgas zelf.
R
Er bestaat brandgevaar!
Controleren dat als de interieurvoorverwar-
ming is ingeschakeld:
hete onderdelen van de auto niet in contact
R
komen met brandbaar materiaal
de uitlaatgassen ongehinderd uit het uit-
R
laatsysteem kunnen ontsnappen
de uitlaatgassen niet in contact komen met
R
brandbaar materiaal.
! Het gebruik van de interieurvoorverwar-
ming-ventilatie is een belasting van de
accu. Daarom na ten hoogste tweemaal
verwarmen of ventileren een langere
afstand met de auto afleggen.
Deze functie is alleen bij auto's met interieur-
voorverwarming beschikbaar.
In het submenu
slagen vertrektijd worden geselecteerd of
een vertrektijd worden gewijzigd.
De inschakeltijdfunctie van de interieurvoor-
verwarming berekent afhankelijk van de bui-
tentemperatuur de inschakeltijd, zodat de
Verwarming
Verwarming
kan een opge-
auto op de vertrektijd voorverwarmd is. Als de
vertrektijd is bereikt, verwarmt de interieur-
voorverwarming nog vijf minuten langer,
daarna schakelt de interieurvoorverwarming
uit. De interieurvoorverwarming neemt de
temperatuurinstelling over die in de aircondi-
tioning of de automatische temperatuurrege-
ling THERMOTRONIC is ingesteld.
De interieurvoorverwarming kan worden uit-
geschakeld met de toets voor de interieur-
voorverwarming in de middenconsole of met
de afstandsbediening.
i
De interieurvoorverwarming eenmaal per
maand gedurende circa 10 minuten inscha-
kelen.
Meer informatie over de interieurvoorverwar-
ming (
pagina 152).
Y
Vertrektijd selecteren of geselecteerde
vertrektijd uitschakelen
Met = of ; in het stuurwiel het menu
X
Instell.
Instell.
selecteren.
Met : of 9 het submenu
X
ming
ming
selecteren.
Met a bevestigen.
X
De gekozen instelling wordt weergegeven.
Met a bevestigen.
X
Met : of 9 één van de drie inscha-
X
keltijden of de
Tijdschakeling uit
Tijdschakeling
voorkeuzetijd actief) selecteren.
Met a bevestigen.
X
Wanneer een vertrektijd is geselecteerd,
brandt in de toets voor de interieurvoorver-
warming het gele controlelampje.
Vertrektijd wijzigen
Met = of ; in het stuurwiel het menu
X
Instell.
Instell.
selecteren.
Met : of 9 het submenu
X
ming
ming
selecteren.
Met a bevestigen.
X
De gekozen instelling wordt weergegeven.
Met : of 9
X
selecteren.
Verwar‐
Verwar‐
uit
(geen
Verwar‐
Verwar‐
A A
‑,
B B
‑ of
C wijzigen
C wijzigen