Trefwoordenregister
18
Automatische temperatuurrege-
ling THERMOTRONIC (2 zones) ...... 143
Comfortopening resp. sluiting
(luchtrecirculatie) ........................... 150
Condens van ruiten verwijderen .... 149
Controlelampje .............................. 146
In- en uitschakelen ........................ 144
Informatie m.b.t. het gebruik van
de airconditioning .......................... 141
Informatie m.b.t. het gebruik van
de automatische temperatuurre-
geling THERMOTRONIC ................. 143
Interieurvoorverwarming-ventila-
tie .................................................. 152
Koeling met luchtdroging ............... 144
Luchthoeveelheid instellen ............ 148
Luchtrecirculatie in- en uitschake-
len ................................................. 150
Luchtroosters instellen .................. 157
Luchtverdeling instellen ................. 147
Overzicht van de systemen ............ 140
Probleem met de achterruitver-
warming ......................................... 150
Problemen met de functie "Koe-
ling met luchtdroging" ................... 146
Restwarmte in- en uitschakelen ..... 151
Temperatuur instellen .................... 146
Voorruit ontwasemen .................... 148
ZONE-functie in- en uitschakelen ... 148
TEMPOMAAT
Actuele snelheid opslaan en vast-
houden .......................................... 192
Belangrijke veiligheidsvoorschrif-
ten ................................................. 191
Displaymelding .............................. 282
Inschakelvoorwaarden ................... 192
LIM-controlelampje ........................ 192
Rijsysteem ..................................... 191
Selecteren ..................................... 192
Snelheid instellen .......................... 193
TEMPOMAAT-hendel ...................... 192
Uitschakelen .................................. 193
Werking en aanwijzingen ............... 191
TIREFIT-set ......................................... 347
Toerenteller ....................................... 239
Toetsen in het stuurwiel ................... 239
TopTether ............................................. 59
Totaal afgelegde afstand .................. 242
Transmissie
Zie Automatische transmissie
Zie Handgeschakelde versnellingsbak
Transmissiestandaanduiding
(DIRECT SELECT-keuzehendel) ......... 172
Transport (auto) ................................ 361
Trekhaak
Zie Rijden met een aanhangwagen
Tripcomputer (boordcomputer) ....... 242
Typeplaatje
Zie Voertuigtypeplaatje
U
Uitlaat
Zie Uitlaatsierstuk
Uitlaatsierstuk
Reinigen ......................................... 339
V
Variabele SPEEDTRONIC
Zie SPEEDTRONIC
Veiligheid
Kinderen in de auto .......................... 57
Veiligheidsgordel
Afdoen ............................................. 45
Belangrijke veiligheidsvoorschrif-
ten ................................................... 43
Correct gebruik ................................ 44
Displaymelding .............................. 267
Gordelaanpassing in- en uitscha-
kelen (boordcomputer) .................. 255
Hoogte instellen ............................... 44
Inleiding ........................................... 42
Omgespen ....................................... 44
Reinigen ......................................... 341
Statusindicatie veiligheidsgordels
achterin ........................................... 46
Waarschuwingslampje (werking) ...... 46
Veiligheidsgordels
Gordelaanpassing voor bestuur-
der en passagier .............................. 45
Middelste achterzitplaats ................. 45
Veiligheidsnet
belangrijke veiligheidsvoorschrif-
ten ................................................. 317