Veiligheidssystemen inzittenden
52
in acht nemen, evenals de montagehandlei-
ding van de fabrikant van het kinderzitje.
Als de automatische passagiersairbaguit-
schakeling vaststelt, dat:
de passagiersstoel niet bezet is, brandt het
R
controlelampje PASSENGER AIR BAG OFF
na de systeemzelftest continu. Hiermee
wordt aangegeven dat de passagiersairbag
gedeactiveerd is.
de passagiersstoel bezet is door een kind in
R
een naar achteren gericht kinderzitje,
brandt het controlelampje PASSENGER AIR
BAG OFF na de systeemzelftest continu.
Hiermee wordt aangegeven dat de passa-
giersairbag gedeactiveerd is.
Maak ook bij een kind in een naar achteren
gericht kinderzitje kan het controlelampje
PASSENGER AIR BAG ON na de systeem-
zelftest continu branden. Hiermee wordt
aangegeven dat de passagiersairbag inge-
schakeld is. Het classificatieresultaat is
o.a. afhankelijk van het kinderzitje en van
het postuur van het kind. In dit geval het
kinderzitje op een geschikte achterzit-
plaats aanbrengen.
de passagiersstoel bezet is door een kind in
R
een naar voren gericht kinderzitje, brandt
of het controlelampje PASSENGER AIR BAG
ON of PASSENGER AIR BAG OFF na de sys-
teemzelftest afhankelijk van het classifica-
tieresultaat continu. Het classificatieresul-
taat is o.a. afhankelijk van het kinderzitje
en van het postuur van het kind.
De passagiersstoel zo ver mogelijk naar
achteren schuiven. Ook altijd de aanwijzin-
gen bij "Kinderzitjes op de passagiersstoel"
(
pagina 65) en "Correcte plaatsing van
Y
kinderzitjes" (
nemen. Als alternatief kan het kinderzitje
op een geschikte achterzitplaats worden
gemonteerd.
de passagiersstoel bezet is door een per-
R
soon met een klein postuur (bijvoorbeeld
een tiener of een kleine volwassene),
brandt of het controlelampje PASSENGER
pagina 66) in acht
Y
AIR BAG ON of PASSENGER AIR BAG OFF
na de systeemzelftest afhankelijk van het
classificatieresultaat continu.
Als het controlelampje PASSENGER AIR
-
BAG ON brandt, de passagiersstoel zo
ver mogelijk naar achteren zetten. Een
persoon met een klein postuur kan ook
op een achterzitplaats plaatsnemen.
Als het controlelampje PASSENGER AIR
-
BAG OFF brandt, moet een persoon met
een klein postuur de passagiersstoel niet
gebruiken.
de passagiersstoel bezet is door een vol-
R
wassene of een persoon met een overeen-
komstig postuur, brandt het controle-
lampje PASSENGER AIR BAG ON na de sys-
teemzelftest continu. Hiermee wordt aan-
gegeven dat de passagiersairbag ingescha-
keld is.
Als kinderen in de auto worden meegenomen,
beslist ook de aanwijzingen m.b.t. "Kinderen
in de auto" in acht nemen (
Als een storing in de automatische passa-
giersairbaguitschakeling aanwezig is, bran-
den het rode waarschuwingslampje veilig-
heidssysteem 6 in het instrumentenpa-
neel en het controlelampje PASSENGER AIR
BAG OFF tegelijkertijd. De passagiersairbag
is in dit geval uitgeschakeld en wordt bij een
ongeval niet geactiveerd. Het systeem zo snel
mogelijk door gekwalificeerde technici laten
controleren. Contact opnemen met een
Mercedes-Benz-servicewerkplaats. De pas-
sagiersstoel alleen bij een Mercedes-Benz-
servicewerkplaats laten repareren.
Als de passagiersstoel, de bekleding of het
kussen beschadigd zijn, de noodzakelijke
werkzaamheden door een Mercedes-Benz-
servicewerkplaats laten uitvoeren.
Mercedes-Benz adviseert om veiligheidsrede-
nen alleen een kinderzitje te gebruiken, dat
Mercedes-Benz in combinatie met de auto-
matische passagiersairbaguitschakeling
heeft getest en goedgekeurd.
pagina 57).
Y