ter bepaling of de knieairbag van de
passagiersairbag moet worden
opgeblazen.
Zijairbags zullen activeren bij gemid-
delde of ernstige aanrijdingen van
opzij, afhankelijk van de locatie van de
impact. De zijairbags zijn niet bedoeld
om te activeren bij een frontale of
bijna-frontale aanrijding, bij het
omslaan van de auto of bij een aanrij-
ding van achteren. Een zijairbag in de
stoel moet activeren aan de kant waar
de auto wordt geraakt.
Gordijnairbags zullen activeren bij
matige of zware aanrijdingen van
opzij, afhankelijk van de locatie van de
impact. Bovendien moeten deze
gordijnairbags activeren wanneer de
auto omslaat of bij een zware frontale
aanrijding. Gordijnairbags activeren
niet bij een aanrijding van achteren.
Beide gordijnairbags werken wanneer
de auto links of rechts wordt geraakt;
wanneer het detectiesysteem voorspelt
dat de auto zijwaarts zal omslaan of
bij een zware frontale aanrijding.
Bij een aanrijding kan niemand zeggen
of een airbag had moeten worden
geactiveerd op basis van de schade
aan de auto of de reparatiekosten.
Waardoor wordt een
airbag opgeblazen?
Wanneer een airbag moet afgaan,
stuurt het detectiesysteem een
elektrisch signaal naar de gasgenerator
om het gas te laten vrijkomen. Het gas
uit de gasgenerator vult de airbag,
waardoor deze de bekleding
doorbreekt. De gasgenerator, de airbag
en de bijbehorende hardware behoren
tot de airbagmodule.
Voor de locaties van de airbags, zie
Waar zijn de airbags? 0 80.
Hoe wordt een airbag in
bedwang gehouden?
Bij middelzware of zware frontale of
halffrontale aanrijdingen kunnen zelfs
gordeldragers het stuurwiel of het
instrumentenpaneel raken. Bij middel-
zware of zware zijdelingse aanrij-
dingen kunnen zelfs gordeldragers de
binnenkant van de auto raken.
STOELEN EN VEILIGHEIDSSYSTEMEN
Airbags zijn een aanvulling op de
bescherming die veiligheidsgordels
bieden door de kracht van de impact
gelijkmatig over het lichaam van de
inzittende te verdelen.
De gordijnairbags die afgaan wanneer
de auto omslaat, zijn ontworpen om
het hoofd en borst van de buitenste
inzittenden op de eerste en tweede
zitrij op te vangen. De gordijnairbags
moeten bij het omslaan voorkomen
dat de inzittenden geheel of gedeelte-
lijk naar buiten worden geslingerd,
hoewel geen enkel systeem dit
helemaal uitsluit.
Bij veel soorten aanrijdingen helpen
de airbags echter niet, voornamelijk
doordat de inzittenden niet naar deze
airbags toe bewegen. Zie Wanneer
wordt een airbag opgeblazen? 0 82.
U moet de airbags altijd slechts als
aanvulling op de veiligheidsgordels
beschouwen.
83