In de volgende gevallen wordt de
auto-stop mogelijk gedeactiveerd:
De vereiste minimale rijsnelheid is
niet bereikt.
De motor of transmissie is niet op
de vereiste bedrijfstemperatuur.
De buitentemperatuur ligt niet in
het vereiste werkbereik, zoals bij
een temperatuur onder 10 °C
(14 °F) of boven 50 °C (122 °F).
De schakelhendel staat in een
stand anders dan D (Drive).
De accu werd recentelijk losge-
koppeld.
De accuspanning is gering.
Het interieurcomfort heeft niet het
vereiste niveau bereikt voor de
actuele instellingen van klimaatre-
geling of ontwaseming. Zie Dubbel
automatische klimaatregelsysteem
0 172.
De Auto Stop duurt langer dan
twee minuten.
U kunt de auto-stop/start-functie met
de schakelaar deactiveren. Het lampje
in de schakelaar gaat branden,
wanneer het systeem actief is.
RAP
Sommige boordaccessoires werken
mogelijk ook na het uitschakelen van
het contact.
De elektrisch bediende ruiten en het
zonnedak, mits aanwezig, blijven nog
maximaal 10 minuten lang werkzaam
of totdat een deur wordt geopend.
RIJDEN EN BEDIENEN
Het Infotainmentsysteem blijft nog
gedurende 10 minuten werken, totdat
het bestuurdersportier wordt geopend
of totdat het contact wordt uitgescha-
keld en in ACC/ACCESSORY (acc/
accessoire) wordt gezet.
Schakelen naar parkeer-
stand
P (parkeren) inschakelen:
1. Houd het rempedaal ingetrapt en
schakel de parkeerrem in.
Zie Parkeerrem (Elektrisch) 0 210
of Parkeerrem (Handgeschakeld)
0 211.
2. Beweeg de schakelhendel in de
stand P (Parkeren) door de knop
op de schakelhendel ingedrukt te
houden en de schakelhendel
helemaal in de richting van de
voorkant van de auto te duwen.
3. Schakel het contact uit.
4. Neem de RKE-zender met u mee.
201