Als het kinderzitje gebruik maakt van
een bovenste bevestigingsband (Top
Tether): zie ISOFIX-kinderzitjes 0 108
voor de locaties van de verankeringen
voor de bovenste bevestigingsbanden.
Zet het kinderzitje niet zonder
bovenste bevestigingsband met veran-
kering vast wanneer de wet
voorschrijft dat de bovenste bevesti-
gingsband moet zijn vastgezet of
wanneer de gebruiksaanwijzing van
het kinderzitje vermeldt dat u de
bovenste bevestigingsband moet
vastzetten.
Als u een driepuntsgordel gebruikt om
het kinderzitje vast te zetten, moet u
de gebruiksaanwijzing van het kinder-
zitje en de onderstaande instructies
opvolgen:
1. Zet de stoel zo ver mogelijk naar
achteren en omhoog voordat u
het naar voren gerichte kinder-
zitje vastzet.
Wanneer het passagiersdetectie-
systeem de frontairbag en de
knieairbag van de buitenste
passagier heeft uitgeschakeld,
moet de UIT-indicatie op de
statusindicatie van de passagiers-
airbag blijven branden wanneer u
de auto start. Zie Waarschuwings-
lampje status airbag passagiers-
zijde 0 133.
2. Zet het kinderzitje op de stoel.
3. Pak de gesp vast laat de heup- en
schoudergordel van de veilig-
heidsgordel door of rond het zitje
lopen. De gebruiksaanwijzing van
het zitje laat zien hoe dat gaat.
Kantel de gesp om de gordel zo
nodig te verstellen.
STOELEN EN VEILIGHEIDSSYSTEMEN
4. Duw de gesp zo ver in het gordel-
slot dat deze vastklikt.
Positioneer de ontgrendelknop
van het gordelslot, van het
kinderveiligheidssysteem af,
zodanig dat u de veiligheids-
gordel zo nodig snel kunt
losmaken.
111