16
KORT EN BONDIG
Heup-schoudergordel 0 74.
ISOFIX-kinderzitjes 0 108.
Passagiersdetectiesysteem
Het passagiersdetectiesysteem
schakelt onder bepaalde omstandig-
heden de frontairbag voor de buitenste
voorpassagier en de knieairbag uit.
Het passagiersdetectiesysteem heeft
geen invloed op andere airbags. Zie
Passagiersdetectiesysteem 0 85.
De statusindicator van de passagiers-
airbag op de dakconsole licht op
wanneer u de auto start. Zie
Waarschuwingslampje status airbag
passagierszijde 0 133.
Spiegel afstellen
Buitenspiegels
1. Beweeg de selectieknop naar L
(links) of R (rechts) om de
spiegel aan de bestuurders- of
passagierszijde te kiezen.
2. Verstel de spiegel door op een
van de vier pijltjes te drukken.
3. Zet de keuzeschakelaar op
de spiegel te deselecteren.
De auto heeft elektrisch inklapbare
spiegels. Zie Inklapbare spiegels 0 48.
Binnenspiegels
Pas de binnenspiegel aan voor een
goed zicht op het gebied achter
de auto.
Zelfdimmende binnenspiegel
De binnenspiegel dimt automatisch
om schittering van de koplampen van
achteropkomend verkeer te vermin-
deren. De dimfunctie wordt ingescha-
keld zodra de auto wordt gestart.
Zie Automatisch ontspiegelende achter-
uitkijkspiegel 0 50.
Stuurwiel afstellen
om