210
RIJDEN EN BEDIENEN
motor van de ABS-pomp en voelt de
pulserende werking van het rempe-
daal. Dit is normaal.
Remmen in noodgevallen
Met ABS kunt u tegelijkertijd sturen
en remmen. In veel noodgevallen helpt
sturen beter dan zelfs het beste
remgedrag.
Parkeerrem (Elektrisch)
De eventuele elektrische handrem
(EPB) kan altijd worden geactiveerd,
ook als het contact uitstaat. Vermijd
meerdere activeringen van het
EPB-systeem, wanneer de motor niet
loopt om te voorkomen dat de accu
leegraakt.
Het systeem heeft een
Elektrische handrem en een
Laat handrem nakijken. Zie
Parkeerrem, lampje 0 137 en Onderhoud
elektrische parkeerrem, lampje 0 137.
Controleer voordat u uitstapt het
lampje
om er zeker van te zijn dat
de handrem is aangetrokken.
EPB aantrekken
Om de EPB in te schakelen:
1. Zorg dat de auto helemaal
stilstaat.
2. Til de EPB-schakelaar even op.
Het lampje
gaat knipperen om,
zodra de EPB volledig is aangetrokken,
te blijven branden. Als het lampje
continu knippert, is de EPB slechts
gedeeltelijk aangetrokken of vertoont
de EPB een probleem. Er verschijnt
een bericht op het DIC. Zet de EPB los
en probeer deze opnieuw aan te
zetten. Als het lampje niet gaat
branden of blijft knipperen, moet uw
auto voor onderhoud naar de garage.
Rij niet met de auto als het lampje
knippert. Raadpleeg de dealer. Zie
lampje
Parkeerrem, lampje 0 137.
lampje
Als het lampje
de EPB-schakelaar en houd deze vast.
Blijf de schakelaar omhoog houden tot
het lampje
lampje
dealer raadplegen.
Als u de EPB tijdens het rijden aanzet,
wordt de auto zolang u de schakelaar
indrukt afgeremd. Als u de schakelaar
indrukt totdat de auto tot stilstand is
gekomen, blijft de EPB aangezet.
In bepaalde situaties waarbij de auto
stilstaat wordt de EPB mogelijk
automatisch aangezet. Dit is normaal
en gebeurt voor de periodieke controle
op een goede werking van het
EPB-systeem.
Als de EPB niet kan worden ingescha-
keld, blokkeer dan de achterwielen om
te voorkomen dat de auto gaat rollen.
brandt, druk dan op
blijft branden. Als het
blijft branden, moet u uw