Multimediasysteem
Opmerkingen over het verbinden
van Apple-apparaten
• Zorg ervoor dat iOS en firmware
van uw apparaat up-to-date zijn
voordat u het met uw systeem ver-
bindt. Verouderde apparaten kun-
nen een systeemfout veroorzaken.
• Als de batterij van uw apparaat
bijna leeg is, kan het apparaat
mogelijk niet herkend worden.
Controleer het batterijniveau en
laad indien nodig de batterij op
voordat u het apparaat met uw
systeem verbindt.
• Gebruik een door Apple goedge-
keurde kabel. Het gebruik van een
niet-goedgekeurde kabel kan een
verstoord geluid of een fout veroor-
zaken tijdens het afspelen.
• Gebruik een kabel die korter is dan
1 meter, zoals de kabel die oor-
spronkelijk wordt geleverd bij een
nieuw Apple-apparaat. Langere
kabels kunnen ertoe leiden dat het
audiosysteem het Apple-apparaat
niet herkent.
• Steek een USB-connector volledig
in de USB-poort. Als u dit niet doet,
kan dit een communicatiefout ver-
oorzaken.
4-56
• Wanneer uw apparaat tegelijkertijd
is verbonden op de USB-poort en
de AUX-poort, wordt dit herkend in
de AUX-modus. Het apparaat blijft
in de AUX-modus, zelfs als de
AUX-kabel niet met het systeem is
verbonden. Als u muziek wilt
afspelen in de iPod-modus, koppelt
u de AUX-kabel los van het appa-
raat of wijzigt u de audio-uitvoer
van het apparaat naar "Dock".
• Als u uw apparaat met het systeem
verbindt terwijl het afspelen bezig
is op het apparaat, hoort u net na
het verbinden mogelijk een hoog
piepgeluid. Verbind het apparaat
na het stoppen of pauzeren van
het afspelen.
• Als u uw apparaat verbindt tijdens
een download of synchronisatie
met iTunes, kan er een fout veroor-
zaken. Sluit het apparaat aan
nadat het downloaden of synchro-
niseren is voltooid.
• Als u een iPod nano (uitgezonderd
voor de 6e generatie) of een iPod
classic verbindt, zal het merklogo
weergegeven
worden
scherm van het apparaat. Voor een
iPhone en een iPod touch zal het
logo niet weergegeven worden.
Opmerkingen over het afspelen van
Apple-apparaten
• Afhankelijk van het model wordt
uw apparaat mogelijk niet herkend
vanwege niet-ondersteunde com-
municatieprotocollen.
• De volgorde van de liedjes die op
het systeem worden afgespeeld of
weergegeven, kunnen verschillen
van de volgorde van de liedjes die
op uw apparaat zijn opgeslagen.
• Afhankelijk van de muziekspeler-
toepassing die u gebruikt, kan de
informatie die op het systeem
wordt weergegeven, verschillen.
• Op een iPhone kan de audiostre-
amfunctie en bediening van de
iPod-modus conflicteren. Als er
een fout optreedt, ontkoppelt en
verbindt u de USB-kabel opnieuw.
• Wanneer u een iPhone of een iPod
touch gebruikt, mag u het apparaat
niet bedienen terwijl het met uw
systeem is verbonden. Er kan een
fout optreden.
• Als u een gesprek aangaat of ont-
vangt tijdens het afspelen via een
iPhone, kan de muziek gepauzeerd
blijven nadat u het gesprek heeft
op
het
beëindigd. Als u de muziek niet ho-
ort na het beëindigen van een ge-
sprek, controleert u het apparaat om
te zien of de muziek is gepauzeerd.