WAARSCHUWING
•
Pak de steun altijd vast bij het
deel dat omwikkeld is met
rubber. Het rubber voorkomt
dat u zich brandt aan het hete
metaal als de motor warm is.
•
De motorkapsteun moet goed
in de opening geplaatst wor-
den als u controles in de
motorruimte
uitvoert.
voorkomt dat de motorkap
plotseling naar beneden kan
vallen en letsel veroorzaakt.
Sluiten van motorkap
1. Controleer de volgende punten
alvorens de motorkap te sluiten:
• Of alle vuldoppen correct terug-
geplaatst zijn.
• Of er geen handschoenen, doe-
ken of andere brandbare mate-
rialen in de motorruimte zijn ach-
tergebleven.
2. Zet de steun vast in de clip om te
Dat
voorkomen dat hij gaat rammelen.
3. Laat de kap tot halfweg zakken
(opgetild tot ongeveer 30 cm van
de gesloten positie) en duw ze
naar beneden om ze veilig te ver-
grendelen. Voer daarna een dub-
bele controle uit om er zeker van
te zijn dat de kap beveiligd is.
WAARSCHUWING
•
Controleer voor het sluiten
van de motorkap of er geen
zaken in de motorruimte zijn
achtergebleven die het sluiten
zouden kunnen hinderen. Als
geprobeerd wordt de motor-
kap te sluiten terwijl er nog
iets in de motorruimte is ach-
tergebleven, kan dat schade
aan de motorkap of letsel ver-
oorzaken.
•
Laat
geen
handschoenen,
doeken of andere brandbare
materialen achter in de motor-
ruimte. Deze zouden door de
hitte in brand kunnen vliegen.
•
Voer daarna een dubbele con-
trole uit om er zeker van te
zijn dat de kap beveiligd is.
Controleer of er geen waar-
schuwingslampje voor een
open kap oplicht of een
bericht weergegeven wordt
op het instrumentenpaneel.
(Vervolg)
3
3-33