Via Toyota Supra Command:
1
"My Vehicle" (mijn auto)
2
"Vehicle settings" (instellingen
auto)
3
"Doors/Key" (portieren/sleutel)
4
"Tailgate" (achterklep) of
"Tailgate and door(s)" (ach-
terklep en portier(en))
5
Selecteer de gewenste instelling:
• "Tailgate" (achterklep)
De achterklep wordt geopend.
• "Tailgate and door(s)" (achterklep
en portier(en))
De achterklep wordt geopend en de por-
tieren worden ontgrendeld.
De stoel en de buitenspiegels instel-
len op de laatst ingestelde stand
Via Toyota Supra Command:
1
"My Vehicle" (mijn auto)
2
"Driver profiles" (bestuurderspro-
fielen)
3
Selecteer een bestuurdersprofiel.
De instellingen kunnen worden uitge-
voerd voor het met dit symbool gemar-
keerde bestuurdersprofiel.
4
"Last seat position automatic"
(automatisch instellen op laatste
zitpositie)
Wanneer de auto wordt ontgrendeld,
worden de bestuurdersstoel en de
buitenspiegels automatisch ingesteld
op de laatst ingestelde stand.
De laatst ingestelde stand is onafhan-
kelijk van de via het stoelverstellings-
geheugen opgeslagen standen.
4-1. BEDIENING
Bevestigingssignalen van de
auto
Via Toyota Supra Command:
1
"My Vehicle" (mijn auto)
2
"Vehicle settings" (instellingen
auto)
3
"Doors/Key" (portieren/sleutel)
4
"Flash for lock/unlock" (knipperen
bij vergrendelen/ontgrendelen)
Bij het ontgrendelen knipperen de rich-
tingaanwijzers twee keer, bij het vergren-
delen één keer.
Automatische vergrendeling
Via Toyota Supra Command:
1
"My Vehicle" (mijn auto)
2
"Vehicle settings" (instellingen
auto)
3
"Doors/Key" (portieren/sleutel)
4
Selecteer de gewenste instelling:
• "Relock automatically" (automa-
tisch weer vergrendelen)
Als de auto wordt ontgrendeld zonder dat
een portier wordt geopend, wordt hij na
korte tijd automatisch weer vergrendeld.
• "Lock after pulling away" (vergren-
delen bij het wegrijden)
De auto wordt bij het wegrijden automa-
tisch vergrendeld.
Automatische ontgrendeling
Via Toyota Supra Command:
1
"My Vehicle" (mijn auto)
2
"Vehicle settings" (instellingen
auto)
3
"Doors/Key" (portieren/sleutel)
99
4