Algemeen
Mogelijk gaan de koplampen ook
branden wanneer de zon laag staat
tegen een blauwe hemel.
Als het dimlicht handmatig is inge-
schakeld, wordt de automatische ver-
lichting gedeactiveerd.
Inschakelen
Druk op de toets van de
lichtschakelaar.
De led in de toets gaat branden.
Het controlelampje in het
instrumentenpaneel gaat
branden wanneer het dim-
licht is ingeschakeld.
Beperkingen van het systeem
Ook bij de automatische verlichting
moet u zelf de lichtcondities beoorde-
len.
De sensoren kunnen bijvoorbeeld
geen mist of nevel herkennen. Scha-
kel in dergelijke gevallen de verlich-
ting handmatig in.
Stadslicht, dimlicht en
parkeerlicht
Algemeen
Wanneer het bestuurdersportier
wordt geopend terwijl de Drive
Ready-modus is uitgeschakeld, wordt
de exterieurverlichting automatisch
uitgeschakeld.
4-1. BEDIENING
Stadslicht
Algemeen
Het stadslicht kan alleen worden
ingeschakeld bij lage snelheden.
Inschakelen
Druk op de toets van de
lichtschakelaar.
Het controlelampje in het
instrumentenpaneel gaat
branden.
De auto wordt rondom verlicht.
Laat het stadslicht niet gedurende
langere tijd branden, omdat de accu
ontladen kan raken en het wellicht
niet langer mogelijk is om de Drive
Ready-modus in te schakelen.
Uitschakelen
Druk op de toets van de
lichtschakelaar of schakel
de Drive Ready-modus in.
Na het inschakelen van de Drive
Ready-modus wordt de automatische
verlichting geactiveerd.
Dimlicht
Inschakelen
Druk op de toets van de
lichtschakelaar.
Het dimlicht brandt als de Drive
Ready-modus is ingeschakeld.
185
4