86
4-1. BEDIENING
4-1.BEDIENING
Openen en sluiten
Uitrusting
Dit hoofdstuk beschrijft alle stan-
daard, landspecifieke en speciale uit-
rusting die beschikbaar is voor de
modelserie. Daardoor worden moge-
lijk uitrusting en functies beschreven
die niet in uw auto aanwezig zijn, bij-
voorbeeld als gevolg van de geselec-
teerde optionele uitrusting of de
landenspecificatie. Dit geldt ook voor
functies en systemen met betrekking
tot veiligheid. Houd u bij het gebruik
van de bijbehorende functies en sys-
temen aan de desbetreffende wet- en
regelgeving.
Afstandsbediening
Algemeen
De auto wordt standaard afgeleverd
met twee afstandsbedieningen met
een geïntegreerde sleutel.
Elke afstandsbediening is voorzien van
een batterij die kan worden vervangen.
Batterij vervangen, zie blz. 90.
De functies van de knoppen kunnen
worden ingesteld, afhankelijk van de
uitrusting en de landspecificaties.
Instellingen, zie blz. 98.
Het is mogelijk om een bestuurders-
profiel met gepersonaliseerde instel-
lingen aan een afstandsbediening toe
te wijzen, zie blz. 72.
Neem de afstandsbediening altijd
mee als u de auto verlaat om te voor-
komen dat deze in de auto wordt
opgesloten.
Veiligheidsaanwijzingen
WAARSCHUWING
Personen of huisdieren die in de auto
achterblijven kunnen de portieren van
binnenuit vergrendelen en zichzelf
opsluiten. In dat geval kan de auto niet
van buitenaf worden geopend. Er
bestaat een kans op letsel. Neem de
afstandsbediening altijd mee als u de
auto verlaat zodat u de auto van bui-
tenaf kunt openen.
WAARSCHUWING
Bij sommige landspecificaties is ont-
grendeling van binnenuit alleen mogelijk
met speciale kennis.
Er bestaat een kans op letsel of levens-
gevaar als personen lang in de auto
achterblijven en daardoor worden bloot-
gesteld aan extreme temperaturen. Ver-
grendel de auto niet van buitenaf als er
iemand in zit.
WAARSCHUWING
Alleen in de auto achtergelaten kinde-
ren of huisdieren kunnen de auto in
beweging brengen en daardoor zichzelf
en andere weggebruikers in gevaar
brengen, bijvoorbeeld door de volgende
acties:
• Indrukken van de startknop.
• Deactiveren van de parkeerrem.
• Openen en sluiten van de portieren of
ruiten.
• In stand N zetten van de selectiehen-
del.
• Bedienen van functies van de auto.
Dat kan leiden tot een ongeval en letsel.
Laat nooit kinderen of huisdieren alleen
in de auto achter. Neem bij het verlaten
van de auto de afstandsbediening mee
en vergrendel de auto.