Berichten die na het rijden worden
weergegeven
Bepaalde berichten die tijdens het rij-
den worden weergegeven, worden
opnieuw weergegeven wanneer de
Drive Ready-modus wordt uitgescha-
keld.
Controle- en
waarschuwingslampjes
Principe
De controle- en waarschuwingslamp-
jes in het instrumentenpaneel tonen
de status van bepaalde functies in de
auto en geven aan wanneer er een
storing is in de bewaakte systemen.
Algemeen
Controle- en waarschuwingslampjes
kunnen in verschillende combinaties
en kleuren branden.
Wanneer de Drive Ready-modus
wordt ingeschakeld, wordt de werking
van sommige lampjes gecontroleerd
en lichten ze kort op.
4-1. BEDIENING
Rode lampjes
Waarschuwing veiligheidsgordels
De veiligheidsgordel van de
bestuurder is niet vastge-
maakt. Sommige landspeci-
ficaties: de
voorpassagiersgordel is
niet vastgemaakt of er
wordt gesignaleerd dat er
voorwerpen op de voorpas-
sagiersstoel liggen.
Controleer of de veiligheids-
gordel op de juiste manier is
vastgemaakt.
Airbagsysteem
Het airbagsysteem en de
gordelspanner zijn mogelijk
defect.
Laat de auto onmiddellijk
nakijken door een erkende
Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere
naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste des-
kundige.
Parkeerrem
De parkeerrem wordt geac-
tiveerd.
Deactiveer de parkeerrem,
zie blz. 148.
163
4