Schakelaar voor alarmlichten
⇒ A fbeelding 25
–
Druk de schakelaar
kelen.
Bij ingeschakelde alarmlichten knipperen alle knipperlichten van de auto gelijktij-
dig. Het controlelampje voor de knipperlichten en het controlelampje in de scha-
kelaar knipperen eveneens. Het alarmsysteem kunt u ook bij uitgeschakeld con-
tact inschakelen.
Bij een ongeval waarbij een airbag wordt geactiveerd worden de alarmlichten au-
tomatisch ingeschakeld.
Let bij het gebruik van de alarmlichten op de wettelijke bepalingen.
Let op
Schakel de alarmlichten in als u bijvoorbeeld:
● de staart van een file bereikt,
● pech hebt of in geval van nood,
Bediening
Veiligheid
Afbeelding 25 Dashboard: schakelaar
voor alarmlichten
in om de alarmlichten in- of uit te scha-
Aanwijzingen voor het rij-
den
De richtingaanwijzer-
Met behulp van de knipperlicht- en grootlichtschakelaar schakelt u
ook het stadslicht en het lichtsignaal in.
De knipperlicht- en grootlichtschakelaar heeft de volgende functies:
Knipperlicht rechts
en links
De hendel omhoog-
of omlaagdrukken
–
A
Als u slechts driemaal wilt knipperen, de hendel even aantippen tot het boven-
–
ste of onderste drukpunt en vervolgens weer loslaten (het zogeheten com-
fortknipperen).
–
Knipperen voor het wisselen van rijbaan - druk de richtingaanwijzerhendel al-
leen tot aan het drukpunt naar boven of naar beneden en houd hem vast, om
slechts kortstondig te knipperen.
Groot licht
–
Schakel het dimlicht in.
De hendel naar voren in pijlrichting
–
Het grootlicht kan worden uitgeschakeld door de hendel in de uitgangspositie
–
in pijlrichting
D
te trekken.
Lichtsignaal
–
De hendel naar het stuurwiel trekken (geveerde stand) - grootlicht en contro-
lelampje
in het instrumentenpaneel branden.
Stadslicht
Schakel het contact uit.
–
Raadgevingen voor het
Raad en daad
gebruik
Verlichting en zicht
en grootlichtschakelaar
Afbeelding 26 De knipperlicht- en groot-
lichtschakelaar
⇒ A fbeelding
26.
B
drukken.
C
Technische gegevens
47
£