40
Ontgrendelen en vergrendelen
Als wordt geprobeerd de ruit te sluiten binnen 10 seconden nadat deze voor de
tweede keer weer enkele centimeters is geopend en het obstakel nog steeds niet
is verwijderd, wordt de sluitprocedure slechts onderbroken. Binnen deze tijd is het
niet mogelijk de ruit automatisch te sluiten. De krachtbegrenzing is nog ingescha-
keld.
De krachtbegrenzing is pas uitgeschakeld als binnen de volgende 10 seconden
wordt geprobeerd de ruit te sluiten - de ruit wordt nu met volle kracht gesloten!
Als u langer dan 10 seconden wacht, is de krachtbegrenzing weer ingeschakeld.
ATTENTIE
Sluit de ruiten voorzichtig! Anders zou u aanzienlijke verwondingen door knel-
len kunnen veroorzaken!
Comfortbediening ruiten
Bij het ont- en vergrendelen van de wagen kunnen de elektrisch bediende ruiten
als volgt worden geopend en gesloten (schuif-/kanteldak alleen gesloten):
Ruiten openen
De sleutel in de slotcilinder van het bestuurdersportier in de ontgrendelings-
–
stand houden of de ontgrendelingstoets van de radiografische afstandsbedie-
ning ingedrukt houden, totdat alle ruiten zijn geopend.
Ruiten sluiten
De sleutel in de slotcilinder van het bestuurdersportier in de vergrendelings-
–
stand houden of de vergrendelingstoets van de radiografische afstandsbedie-
ning ingedrukt houden, totdat alle ruiten zijn gesloten.
Door het loslaten van de sleutel of de vergrendelingstoets kunt u het openen of
sluiten van de ruiten direct onderbreken.
ATTENTIE
Het systeem is met een krachtbegrenzing uitgerust ⇒ p agina 39. Bij weer-
stand door een obstakel wordt het sluiten onderbroken en gaat de ruit weer
enkele centimeters omlaag. Sluit daarna de ruit voorzichtig! Anders zou u aan-
zienlijke verwondingen door knellen kunnen veroorzaken!
Storingen
Elektrische ruitbediening buiten werking
Als de accuklemmen werden losgemaakt en daarna weer werden aangesloten,
werkt de elektrische ruitbediening niet. Het systeem moet worden geactiveerd De
functie moet als volgt weer worden geactiveerd:
● het contact inschakelen,
● Voorzichtig aan de bovenzijde van de betreffende schakelaar trekken en deze
vasthouden tot de ruit gesloten is.
● de schakelaar loslaten,
● de betreffende schakelaar opnieuw gedurende circa 3 seconden naar boven
trekken.
Rijden in de winter
In de winter kan ijsvorming bij het sluiten van de ruiten tot een extra weerstand
leiden waardoor de ruit bij het sluiten stopt en enkele centimeters terugkeert.
Om de ruit toch te kunnen sluiten, moet de sluitkrachtbegrenzing worden uitge-
schakeld ⇒ p agina 39, Krachtbegrenzing van de ruitbediening.
ATTENTIE
Het systeem is met een krachtbegrenzing uitgerust ⇒ p agina 39. Bij weer-
stand door een obstakel wordt het sluiten onderbroken en gaat de ruit weer
enkele centimeters omlaag. Sluit daarna de ruit voorzichtig! Anders zou u aan-
zienlijke verwondingen door knellen kunnen veroorzaken!
VOORZICHTIG
● De ruiten schoon houden, om een correcte werking van de elektrische ruitbe-
dieningen te waarborgen.
● Als de ruiten zijn bevroren, moet eerst het ijs ⇒ p agina 152 worden verwijderd
en mag pas daarna de ruitbediening worden ingeschakeld, omdat anders het ruit-
bedieningsmechanisme kan worden beschadigd.