De lichtschakelaar in stand draaien ⇒ p agina 43.
–
De achteruitversnelling inschakelen (schakelbak) resp. de keuzehendel in
–
stand R zetten (automatische versnellingsbak).
De draaiknop voor de lichtbundelhoogteverstelling vanuit stand - in stand 3
–
draaien ⇒ p agina 46.
Toeristisch licht deactiveren
Alvorens het toeristisch licht te deactiveren moet aan de volgende voorwaarden
worden voldaan:
Uitgeschakeld contact, uitgeschakelde verlichting (lichtschakelaar in stand O),
draaiknop voor de lichtbundelhoogteverstelling in stand 3, geen versnelling inge-
schakeld resp. keuzehendel in stand N (automatische versnellingsbak), geacti-
veerd toeristisch licht.
Schakel het contact in.
–
Tot 10 seconden na het inschakelen van het contact:
De lichtschakelaar in stand draaien ⇒ p agina 43.
–
De achteruitversnelling inschakelen (schakelbak) resp. de keuzehendel in
–
stand R zetten (automatische versnellingsbak).
–
De draaiknop voor de lichtbundelhoogteverstelling vanuit stand 3 in stand -
draaien ⇒ p agina 46.
De halogeenprojectorkoplampen kunnen als volgt worden aangepast ⇒ p agina
146.
Let op
Als de functie "toeristenverlichting" actief is, knippert het controlelampje
het inschakelen van het contact ca. 10 seconden.
1)
Bij een conflict tussen de beide inschakelvarianten, bijvoorbeeld als het stuurwiel volledig naar links
is verdraaid en het rechterknipperlicht is ingeschakeld, heeft de richtingaanwijzer de hoogste priori-
teit.
Bediening
Veiligheid
Mistlampen
Mistlampen inschakelen
Draai eerst de lichtschakelaar in de stand of
–
–
Trek de lichtschakelaar tot de eerste vergrendelstand
Bij ingeschakelde mistlampen brandt in het instrumentenpaneel het controle-
lampje
Mistlampen met "CORNER-functie"
De mistlampen met "CORNER-functie" zijn bedoeld voor een betere
verlichting van de omgeving in de buurt van de wagen bij het af-
slaan, inparkeren enzovoort.
De mistlampen met "CORNER-functie" worden afhankelijk van de stuurhoek resp.
na
na het inschakelen van het knipperlicht
den geregeld:
● de wagen staat stil en de motor draait of rijdt met een snelheid van max.
40 km/h,
● de dagrijverlichting is niet ingeschakeld,
● dimlicht ingeschakeld.
Aanwijzingen voor het rij-
Raadgevingen voor het
den
gebruik
⇒ p agina 21.
1)
aan de hand van de volgende voorwaar-
Raad en daad
Verlichting en zicht
45
Afbeelding 23 Dashboard: lichtschake-
laar
⇒ A fbeelding
23.
1
naar buiten.
Technische gegevens
£