26
Instrumenten en controlelampjes
Aandrijfslipregeling (ASR) uitschakelen
Het controlelampje
gaat branden als het ASR-systeem uitgeschakeld is.
Verdere informatie met betrekking tot de ASR ⇒ p agina 134.
Bandenspanningscontrole
Het controlelampje
gaat branden, als in één van de banden de bandenspanning
wezenlijk is teruggelopen. Verlaag de snelheid en controleer, resp. corrigeer zo
snel mogelijk de bandenspanning van alle banden ⇒ p agina 171.
Als waarschuwing klinkt bovendien een akoestisch signaal.
Bij een knipperend controlelampje
contact op met een Škoda-dealer en laat de storing opheffen.
Meer informatie over het bandenspanningscontrolesysteem ⇒ p agina 138.
ATTENTIE
● Bij een brandend controlelampje
laagd en heftige stuur- en remmanoeuvres moeten worden vermeden. Bij de
eerste mogelijkheid stoppen en de staat van de banden en de bandenspan-
ning controleren.
● Onder bepaalde omstandigheden (bijv. bij een sportieve rijstijl, op gladde
of onverharde wegen) kan het controlelampje
gaan branden.
Let op
Als de accukabels werken losgemaakt, zal na het inschakelen van het contact het
gele controlelampje
gaan branden. Na even te hebben gereden moet het con-
trolelampje uitgaan.
Keuzehendelvergrendeling
Als het groene controlelampje
nodig om de keuzehendel vanuit de stand P of N in een andere stand te kunnen
plaatsen.
Meer informatie over de keuzehendelvergrendeling ⇒ p agina 97.
is er een systeemstoring aanwezig. Neem
moet direct de snelheid worden ver-
vertraagd of helemaal niet
(automatische versnellingsbak)
gaat branden, het rempedaal bedienen. Dit is
Aandrijfslipregeling (ASR)
Het controlelampje
gaat bij het inschakelen van het contact enkele seconden
branden.
Bij het regelproces knippert het controlelampje tijdens de rit.
Als in het ASR-systeem een storing aanwezig is, brandt het controlelampje
tinu.
Omdat het ASR-systeem met het ABS werkt, brandt bij het uitvallen van het ABS
ook het ASR-controlelampje.
Als het controlelampje
gelijk na het starten van de motor gaat branden, kan het
ASR-systeem om technische redenen zijn uitgeschakeld. In dit geval kunt u het
ASR-systeem door het uit- en inschakelen van het contact opnieuw inschakelen.
Als het controlelampje uitgaat, is het ASR-systeem weer volledig bedrijfszeker.
Verdere informatie met betrekking tot de ASR ⇒ p agina 134, Aandrijfslipregeling
(ASR).
Let op
Als de accukabels werden losgemaakt en weer werden aangesloten, zal na het in-
schakelen van het contact het gele controlelampje
hebben gereden moet het controlelampje uitgaan.
Elektronisch stabiliseringsprogramma (ESP)
Het controlelampje
gaat bij het inschakelen van het contact enkele seconden
branden.
Als het ESP op dat moment ondersteunt bij het stabiliseren van de wagen (bij-
voorbeeld een wiel afremt), knippert het controlelampje .
Als in het ESP een storing aanwezig is, brandt het controlelampje
Omdat het ESP-systeem met het ABS werkt, brandt bij het uitvallen van het ABS
ook het ESP-controlelampje.
Als het controlelampje
gelijk na het starten van de motor gaat branden, kan het
ESP-systeem om technische redenen zijn uitgeschakeld. In dit geval kunt u het
ESP-systeem door het uit- en inschakelen van het contact opnieuw inschakelen.
Als het controlelampje uitgaat, is het ESP-systeem weer volledig bedrijfszeker.
Meer details met betrekking tot het ESP ⇒ p agina 133, Elektronisch stabilise-
ringsprogramma (ESP).
gaan branden. Na even te
con-
continu.
£